Tekst Dominique Kok

Al vijf jaar zet het netwerk van regionale veiligheidscoördinatoren van het ministerie van Buitenlandse Zaken zich in verschillende kwetsbare regio’s in de wereld in om gewelddadig extremisme te voorkomen en te bestrijden. Lees in dit artikel wat er in die vijf jaar is bereikt.

Leestijd: 3 minuten

het RV netwerk in
op werkbezoek in Jordanië

Regionale veiligheidscoördinatoren

In zes verschillende regio’s worden de handen met lokale partners ineen geslagen om de dreiging van gewelddadig extremisme te voorkomen en in te perken. De coördinatoren doen dit onder andere door lokale programma’s te steunen en te bekijken met welke internationale, of regionale partners effectief samengewerkt kan worden. Zij steunen een breed palet aan initiatieven; van onderzoeken naar opkomende dreigingen tot het bestrijden van terrorismefinanciering. De regionale veiligheidscoördinatoren spreken ook met lokale autoriteiten over het belang van een gebalanceerde aanpak van gewelddadig extremisme, met oog voor grondoorzaken en kwetsbare groepen. Daarbij benadrukken zij constant het belang van preventie, in plaats van alleen focus op repressie. Dit omdat alleen maar “hard” optreden toch al kwetsbare groepen hard raakt en juist averechts kan werken. 

Netwerk

De regionale veiligheidscoördinatoren hebben in vijf jaar tijd een uitgebreid netwerk opgebouwd in “hun” kwetsbare regio’s. Dit helpt hen lokale ontwikkelingen te duiden en daar de relevante instanties in Den Haag vroegtijdig over te kunnen informeren. Door het op deze manier wereldwijd aanpakken van gewelddadig extremisme, draagt het netwerk nu al 5 jaar bij aan een veilig Nederland.

Infographic Regionale Veiligheidscoordinatoren
In deze infographic is te zien welke programma’s het netwerk van regionale veiligheidscoördinatoren in 2020 allemaal is gestart

Van wijkagent tot weerbare jongeren

De regionale veiligheidscoördinatoren ondersteunen lokale of regionale innovatieve projecten om kwetsbare groepen te bereiken en alternatieven te bieden voor radicalisering. Zo delen jongeren in Libanon en Jordanië hun eigen ervaringen met radicalisering met leeftijdsgenoten en worden zijn ingezet als coaches om andere jongeren te begeleiden. In Marokko worden moeders begeleid in het uitwisselen van ervaringen over hun rol in het gezin, en het herkennen van signalen van radicalisering bij jongeren.

Ook wordt in sommige landen het gevangeniswezen ondersteund. Gevangenispersoneel wordt getraind in het herkennen van radicalisering, waarbij er veel aandacht wordt besteedt aan mensenrechten. In andere landen zorgen regionale veiligheidscoördinatoren ervoor dat lokale organisaties worden betrokken bij de terugkeer en begeleiding van ex-gevangenen in de maatschappij. Vertrouwen in veiligheidsautoriteiten is soms fragiel. Lokale organisaties kennen de lokale context het beste, en spelen een bemiddelende rol tussen autoriteiten en gemeenschappen.

In bijvoorbeeld in Tunesië en Kenia wordt er gewerkt aan het uitrollen van het wijkagenten model, zoals wij dat in Nederland kennen. Hiermee wordt het vertrouwen tussen handhavers en de burger vergroot, en krijgen handhavers meer inzicht in problematiek die er op wijkniveau speelt. Deze wijkgerichte of soms zelfs individugerichte aanpak, is een belangrijk instrument in het vroegtijdig kunnen herkennen van radicalisering.

Op naar de volgende vijf jaar

Dit zijn slechts enkele voorbeelden van de vele, vaak kleine en bijzondere projecten die de regionale veiligheidscoördinatoren de afgelopen vijf jaar hebben gesteund. Mede dankzij hun inspanningen wordt Nederland in “hun” landen gezien als betrouwbare partner in de strijd tegen radicalisering en gewelddadig extremisme.

De resultaten van de afgelopen jaren bieden een mooie opstap naar de komende jaren, waarin het ministerie van Buitenlandse Zaken –met het netwerk van regionale veiligheidscoördinatoren voorop- zich nog gerichter in kan zetten tegen de dreiging van gewelddadig extremisme, en voor een veilig Nederland.