“Eigenlijk willen we precies hetzelfde”

Wat doet NXP?

Toni Versluijs: “Wij maken chips, halfgeleiders. Dat zijn hele kleine stukjes micro-elektronica die je meestal in een zwart doosje met pootjes eraan ziet en in allerlei verschillende toepassingen tegenkomt. Wij bedenken de systemen waar ze in zitten, ontwerpen en maken de chips en zorgen dat ze over de hele wereld verkocht worden. Hier in Nijmegen doen we voor een belangrijk deel de ontwikkeling, maar daarnaast ook de productie. We maken de chips onder andere voor de auto-industrie, dan moet je denken aan autoradio’s, verbindingen in de auto en autosleutels, maar ook voor mobiele communicatie. Bijvoorbeeld chips die in de zendmasten zitten.”

Wat is daarbij jullie grootste uitdaging?

Toni Versluijs: “De kunst is niet zozeer om een keer zo’n chip te maken die werkt, de kunst is vooral om miljoenen en miljoenen van die chips te maken tegen een superieure kwaliteit. Daarnaast moeten we continue op de hoogte blijven van de systemen die er zijn, nu en in de toekomst, zodat we onze chipontwikkeling daarop aan kunnen passen.”

Doeco Terpstra: “Er gebeurt een heleboel in deze wereld. Neem bijvoorbeeld de zelfrijdende auto,  de ontwikkeling van het ‘Internet of Things’ en het aankomende 5G netwerk. Het mogelijk maken van dat soort veranderingen in de maatschappij komt uit ons soort fabrieken. Dáár zijn wij als NXP mee bezig. In Nederland doen we dat met zo’n 2500 mensen, waarmee we de grootste particuliere werkgever zijn van deze omgeving, wereldwijd met meer dan 30.000 man.”

Wat heeft NXP aan de samenwerking met het Rijk en de regio Arnhem-Nijmegen?

Toni Versluijs: “Eigenlijk willen we als bedrijfsleven en overheid precies hetzelfde; we willen allebei de bedrijvigheid vergroten en deze regio en sector op de kaart zetten. Daarin kunnen we dus samen optrekken en op die manier meer realiseren.”

Doeco Terpstra: “Een concreet voorbeeld daarvan is het station Nijmegen Goffert hier om de hoek. Dat is het resultaat van intensief overleg en samenwerken tussen het Rijk, de regio en NXP. Wij merkten dat het voor onze gasten en medewerkers heel lastig was om hier te komen. Dat is nu, sinds een jaar of drie, enorm verbeterd door de komst van het nieuwe treinstation. Dat hadden we nooit alleen voor elkaar gekregen. Een ander voorbeeld is het proefproject met zelfrijdende shuttles rond de universiteit van Wageningen. Die shuttles zitten vol met onze chips. Dat zouden wij niet alleen van de grond kunnen krijgen en Wageningen ook niet. Dat doe je echt samen met elkaar.”

Hoe ervaren jullie die samenwerking in de praktijk?

Toni Versluijs: “Vooral heel praktisch. Als NXP hebben we zowel op landelijk niveau contact met de overheid, dus met Den Haag, als op regionaal niveau met de provincie en gemeente. Dat gaat heel goed. We hebben regelmatig overleg en houden elkaar op de hoogte van wat er speelt. We komen elkaar bijvoorbeeld tegen in de Economic Board, dan is de drempel laag om informatie te delen.”

Doeco Terpstra: “Om het CITC, een nieuw kenniscentrum voor chiptechnologie hier in Nijmegen, op poten te zetten heb ik heel intensief contact met de provincie Gelderland, de gemeente Nijmegen en daarnaast soms ook met het Rijk. Dat stimuleert de creativiteit aan alle kanten om succesvol te zijn met het opzetten van zo’n instituut. Wat ik waardeer zijn alle lijnen en informatiebronnen die bij de provincie, de gemeente en het Rijk zitten om financieringen rond te krijgen en om de organisatie op gang te helpen. Van onze kant komt dan weer de technische kennis. Dat heb je beide nodig om zo’n nieuwe organisatie op te bouwen en werkt op deze manier grandioos. Want hoe groot we als bedrijf ook zijn, dit kunnen we niet alleen.”