Tekst Sander Grip
Foto Valerie Kuypers

De koepelgevangenis Breda. Rick Nieman stelt indringende vragen aan vier mensen van politie en Openbaar Ministerie op het podium. Net buiten het felle schijnsel van de studiolampen luistert het publiek aandachtig mee. Dit is Misdaadcollege – vanaf mei op RTL4 te zien. Een nieuw programma waarin de politie inzicht in haar functioneren geeft en zo werkt aan het vertrouwen dat de burger stelt in de politie. Maar zo pontificaal in beeld zijn, heeft dat zin? Marieke Kappetein heeft antwoord.

Marieke Kappetein (staande foto)
Marieke Kappetein is adviseur bij corporate communicatie van de politie. Zij maakt deel uit van het team mediaproducties, die alle aanvragen van televisie- en internetproducenten beoordeelt.

“Vertrouwen is een lastig iets”, stelt Marieke Kappetein in het Politie Diensten Centrum. Het gezegde is niet voor niets: vertrouwen komt te voet en gaat te paard. “Wie een negatieve ervaring heeft, omdat je bijvoorbeeld digitaal aangifte doet van diefstal en je hoort daarna nooit meer wat, raakt een beetje van zijn vertrouwen kwijt. Dat terugwinnen is lastig.”

Om te testen hoe het ermee staat, laat de politie om de paar jaar de reputatie- en vertrouwensmonitor uitvoeren, een onderzoek onder alle stakeholders van de organisatie. “Op basis daarvan hebben we makers en krakers opgesteld”, legt ze uit. “Er zijn twaalf onderwerpen waarop we aan onze reputatie kunnen werken. Bij makers zoals cybercrime en contraterrorisme vindt het publiek dat we goed werk verrichten; daar scoren we sowieso hoog als het gaat om vertrouwen. Bij krakers als opsporing en vervolging zijn ze minder snel tevreden. Wordt je zaak niet opgelost maar ben je wel goed bijgestaan, dan is je totale ervaring misschien wel positief. Maar hoor je niks en blijft je zaak onopgelost, dan ben je ontevreden. Gelukkig kunnen we ook bij de krakers iets doen aan onze werkwijze om het vertrouwen te vergroten.”

Makers en krakers

Dit zijn onderwerpen waarop de politie kan werken aan haar vertrouwen bij het publiek. Makers zijn onderwerpen waarop de politie het goed doet volgens de burger en waarop zij haar reputatie kan uitbouwen. Krakers zijn onderwerpen waarop de politie het minder goed doet en waarop het ook lastiger is je reputatie te verbeteren.

Televisie

Voor een deel is het uitzoeken wat wel en niet werkt. Zo was de politie vroeger niet erg enthousiast als burgers mee wilden werken aan bijvoorbeeld een zoekactie bij een vermissing. “Inmiddels is dat veranderd in de gedachte dat het mobiliseren van burgers die graag mee willen helpen onszelf ook verder kan helpen”, licht Kappetein toe. En dat werkt ook nog eens positief op het vertrouwen van de politie, want mensen worden betrokken bij het onderzoek.

Een beproefde manier om te laten zien hoe je werkt, wat wel en niet kan en welke dilemma’s je in je werk tegenkomt, is natuurlijk televisie. Het klassieke medium met nog altijd het grootste bereik als het gaat om mensen engageren. Wie televisie zegt, zegt meteen Opsporing Verzocht. Maar de politie is sowieso een veelgevraagde gast.

Voorheen gingen programmamakers gewoon verschillende korpsen af tot er ergens iemand was die wel mee wilde werken. Kappetein glimlacht: “Daar zijn we mee gestopt sinds we één politie zijn. Tegenwoordig komen media-aanvragen binnen bij ons team Mediaproducties en wij beoordelen of de politie meewerkt of niet op basis van een vast afwegingskader.” Een belangrijke leidraad daarbij zijn die makers en krakers. “Daarmee hebben we focus aangebracht in de media-aandacht die de politie krijgt. We willen namelijk niet dat je al zappend avond aan avond steeds weer de politie in beeld krijgt. Met de makers en krakers in ons achterhoofd beslissen we of het ons helpt als we wel of niet aan een programma meedoen.”

Misdaadcollege - opnames, overzicht koepelgevangenis Breda

'Laat maar zien dat de werkelijkheid anders is dan televisieseries als CSI'

College

Nieuwste loot aan de politietelevisieboom is Misdaadcollege: vier afleveringen waarin Rick Nieman spraakmakende zaken bespreekt. De eerste aflevering, die in mei uitgezonden wordt, behandelt de zaak van de Jumbo-afperser. De Utrechtse serieverkrachter en de Quote-500-Bende, die in kapitale villa’s inbrak, zijn andere zaken die aan bod komen.

“We hebben lang nagedacht of we mee moesten werken. De vraag was: krijgen mensen meer kennis van ons werk en de dilemma’s die daarbij spelen via het programma? Het antwoord was positief: laat maar zien dat de werkelijkheid anders is dan televisieseries als CSI. Wij denken dat daardoor meer begrip ontstaat over ons werk.”

Een andere vraag was nog veel spannender voor de politie: hoeveel geef je prijs? In Misdaadcollege worden zaken besproken met grote maatschappelijk impact. Geef je het geheim van de smid prijs, dan weten criminelen straks wat ze moeten doen om uit handen van de politie te blijven. En dat kan de bedoeling natuurlijk ook weer niet zijn.

“Daar is ook lang over gediscussieerd”, geeft Kappetein grif toe. “Het programma kondigt ‘een unieke kijk’ op ons werk aan met ‘dingen die nog nooit verteld zijn’. Dat klinkt heftig. Maar is het kennisniveau van de rechercheur tien, dan zit de kennis van het publiek op één. In dit programma geven we inzicht in ons werk, waardoor het kennisniveau bij de televisiekijker stijgt naar drie.” Een intrigerende blik in de keuken van de smid dus, maar hij houdt zijn geheim toch nog grotendeels op zak.

Begrip

De eerste opnames zijn geweest: “Ik denk dat het echt een heel mooi programma is geworden, waar de kijker iets leert over zaken die nog vers in het geheugen liggen maar die wel afgestraft zijn tot aan de Hoge Raad aan toe. We laten zien wat goed ging maar ook waar de pijnpunten liggen en waar we even vastzaten. En we weten inmiddels dat die inzichten er bij het publiek echt toe leiden dat ze ons werk beter begrijpen en meer begrip voor en vertrouwen in de politie krijgen.”