Tekst Sari Tollenaar, Gabriëlle Metz en Sander van der Sluis

Nederland is vanaf 1 januari een jaar lang lid van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties (VNVR). De VNVR is het belangrijkste internationale orgaan dat spreekt en beslist over vrede en veiligheid in de wereld. We delen deze tijdelijke zetel met Italië, dat het lidmaatschap in 2017 bekleedde. Het komt ongeveer één keer in de twintig jaar voor dat Nederland, mits verkozen, deel kan uitmaken van de VNVR (de laatste keer was in 2000-2001). Het biedt dus een bijzondere kans om op dit hoogste internationale niveau mee te praten en mee te beslissen over zaken als internationale conflictsituaties, vredesmissies, sancties en mensenrechten. Nederland zal zijn best doen om met een combinatie van ambitie en realisme een verantwoordelijke, professionele en constructieve rol te spelen in de Veiligheidsraad.

Secretaris-generaal António Guterres en minister Zijlstra

De drie prioriteiten waar Nederland dit jaar extra aandacht voor zal vragen zijn:

  • preventie en aanpak van grondoorzaken van conflicten
  • het versterken van VN-vredesmissies
  • het versterken van rule of law en accountability.

De inbreng van Nederland in de VNVR wordt op Buitenlandse Zaken gecoördineerd door een speciale taskforce voor de VNVR. De directie Veiligheidsbeleid zal vooral actief zijn op de versterking van VN-vredesmissies met een focus op die missies waar Nederland aan deelneemt, het sanctie-regime tegen Noord-Korea en contraterrorisme. Hieronder daarover meer. Zie voor een uitgebreide uitleg de kamerbrief over de inzet van het Koninkrijk in de VN-Veiligheidsraad.

Versterking vredesmissies

VN-vredesmissies spelen een cruciale rol bij het stabiliseren van landen, het op gang brengen en begeleiden van vredesbesprekingen en het beschermen van burgers. Daarvoor zijn over de hele wereld 110.000 blauwhelmen actief voor een begroting van $6,8 miljard per jaar. De nieuwe secretaris-generaal van de VN, António Guterres, zet zich in voor een hervorming en versterking van VN-vredesmissies zodat deze in staat worden gesteld om hun werk nog beter te doen. Nederland steunt de VN in die ambitie. Mandaten voor missies zijn soms te breed en het ontbreekt missies vaak aan belangrijke capaciteiten en middelen om de blauwhelmen in staat te stellen hun werk goed te kunnen doen. Dit jaar zullen de mandaten van een aantal VN-missies een strategische herziening ondergaan. Dat biedt een goede kans om verbeteringen aan te brengen.

Als het gaat om gaten in belangrijke capaciteiten, zoals bijvoorbeeld helikopters, helpt Nederland de VN bij het opzetten van rotatieschema’s waarbij landen elkaar aflossen. Op die manier weten landen van tevoren voor hoe lang zij hun schaarse middelen in een VN-missie inzetten en dat maakt het aantrekkelijker om in een missie te stappen dan wanneer daar over onduidelijkheid is. Ook heeft Nederland in Mali, bij de VN-vredesmissie MINUSMA, geholpen bij het verbeteren en moderniseren van de missie door het inbrengen van een substantiële inlichtingen capaciteit. De door Nederlandse militairen verzamelde informatie zorgt er o.a. voor dat de blauwhelmen gerichter te werk kunnen gaan en zo de Malinese bevolking beter kunnen beschermen, kunnen optreden bij het niet naleven van wapenstilstanden en de uitvoering van het vredesakkoord beter kunnen ondersteunen.

Lees meer over VN-vredesmissies op deze site.

MINUSMA patrouille in Gao

Naast Noord-Korea is Iran ook een veelbesproken land in de VN-Veiligheidsraad. Lees volgende maand meer over de rol van Nederland bij het Joint Comprehensive Plan of Action (JCPOA), ook wel bekend als de 'Iran-deal'.

Noord-Korea

De VNVR heeft diverse zogenaamde subsidiaire organen, dat zijn ‘onderraden’ die opgedeeld zijn op basis van thema’s. Eén van die subsidiaire organen is het sanctiecomité Noord-Korea, waar Nederland de voorzitter van is in 2018. Dit sanctiecomité is opgericht om toezicht te houden op de implementatie van het uitgebreide sanctieregime tegen Noord-Korea. Zo probeert de VNVR druk te zetten op Noord-Korea om zijn nucleaire programma op te geven en tegelijkertijd de verspreiding van nucleaire wapentechnologie te voorkomen. De sancties treffen een groot aantal sectoren van de Noord-Koreaanse economie, waaronder militaire goederen, olie, transport, textiel, luxegoederen, financiële dienstverlening en ook Noord-Koreaanse arbeiders in het buitenland. Nederland zal zich als voorzitter concentreren op volledige en effectieve uitvoering van de sancties.

De oprichting van het sanctiecomité is gerealiseerd middels VN-resolutie 1718 (2006).

Meer informatie over de onderwerpen die in het sanctiecomité behandeld worden zijn te vinden op de website van het comité.

Contraterrorisme

Terrorisme blijft een onderwerp waar veel burgers grote zorgen over hebben. En dit geldt niet alleen voor Nederland. De internationale strijd tegen terrorisme staat dan ook hoog op de agenda van de VNVR. Er ligt in 2018 voldoende werk om op te pakken. Samen met de VS richt Nederland zich op de concrete implementatie van de recent aangenomen VN-resolutie 2396 (2017). Deze resolutie is gericht op de uitdaging van terugkerende buitenlandse strijders en hun families. Iets waar alle VNVR leden mee (kunnen) worden geconfronteerd. Nederland kan, als voorzitter van de Foreign Terrorist Fighters werkgroep van de Anti-ISIS Coalitie en als initiatiefnemer van het Global Counterterrorism Forum (GCTF) project over terugkerende families, meehelpen aan innovatieve nationale maatregelen. In het regeerakkoord staat bovendien dat Nederland zich in VN-verband in zal zetten voor vervolging en berechting van ISIS-strijders wereldwijd. 

Nederland blijft daarnaast uitdragen dat alleen het reageren op terroristische daden onvoldoende is. Juist het voorkomen en aanpakken van radicalisering is overal ter wereld van belang, omdat radicalisering kan leiden tot gewelddadig extremisme en terrorisme. Samen met de VN wordt onderzocht hoe ontwikkelingssamenwerking kan bijdragen aan het voorkomen van gewelddadig extremisme. Het VN-rapport 'The Journey to Violent Extremism in Africa’ is hiervoor de basis omdat het aantoont dat een negatieve houding ten opzichte van de staat radicalisering in de hand kan werken. Tot slot zal Nederland de aandacht vragen voor de vervlechting tussen transnationale georganiseerde misdaad en terrorisme, om lidstaten aan te zetten tot actie. Terroristische organisaties rekruteren immers actief nieuwe leden uit bestaande criminele netwerken. Financiering van terroristische organisaties gaat vaak via illegale handel van cultureel erfgoed, mensen of wapens.