Voor het eerst sinds de uitbraak van de corona-pandemie kwamen de staatshoofden en regeringsleiders van de dertig NAVO-bondgenoten samen voor een top in Brussel. De top van 14 juni stond in het teken van de toekomst: hoe wil NAVO zijn voorbereid en toegerust op nieuwe dreigingen? De permanent vertegenwoordiger voor Nederland bij de NAVO in Brussel, Marisa Gerards: ‘Onze dreigingsperceptie verandert. Zo is cybersabotage momenteel een reëler gevaar dan vijandelijke tanks aan de grens.’

Leestijd: 6 minuten

Marisa Gerards, permanent vertegenwoordiger voor Nederland bij de NAVO in Brussel.

‘Deze NAVO-top was weliswaar een fysieke bijeenkomst, maar was door de pandemie toch anders dan anders. Waar pre-corona doorgaans omvangrijke delegaties overkwamen, was dit keer het aantal deelnemers beperkt’, zegt Gerards.

Een NAVO-top, zoals op 14 juni in Brussel, wordt gemiddeld eens in de twee jaar georganiseerd. Gerards: ‘Er bestaat geen vast ritme voor NAVO-toppen. Ze worden alleen georganiseerd als daar een inhoudelijke aanleiding voor is: ‘substance driven’.

Waarom kwam de NAVO deze week bij elkaar?

‘Eén van de redenen was dat deze top het sluitstuk moest zijn van het reflectieproces waartoe werd besloten bij de NAVO-top in Londen in 2019. Naar aanleiding van forse kritiek van president Macron werd toen een onafhankelijke reflectiegroep ingesteld.

Deze ‘groep van wijzen’, waar ook Herna Verhagen (CEO van PostNL) deel van uitmaakte, heeft in haar rapport ‘United for a new era’ een aantal belangrijke aanbevelingen gedaan. De politieke kant van het huis wordt daardoor versterkt. Daarnaast moet de NAVO beter worden toegerust om toekomstige dreigingen en uitdagingen het hoofd te bieden.

Secretaris-generaal Stoltenberg heeft deze aanbevelingen vertaald in concrete actiepunten die de NAVO politiek versterken en militair sterk houden. Tegelijkertijd moeten deze aanbevelingen de blik van NAVO verbreden. Deze verbreding wordt gedreven door de externe dreigingen om ons heen. Die dreigingen vragen om een effectief antwoord: niet alléén van de NAVO, maar in belangrijke mate óók van de NAVO.'

Waar gaat de komende jaren de aandacht van de NAVO naar uit?

'De NAVO is een wendbare organisatie die zich sinds de oprichting in 1949 al verschillende malen heeft moeten aanpassen aan een drastisch veranderde veiligheidsomgeving. In die zin is er niets nieuws aan de hand. Maar de aard van de dreigingen is wel sterk veranderd. Die dreigingen presenteren zich bovendien in een tijd van geopolitieke competitie. Daarom is samenwerking met partners elders in de wereld essentieel. Eén van die partners, van bijzonder belang voor ons en voor de NAVO, is de Europese Unie.

Een ander belangrijk punt voor de NAVO is het waarborgen van technologische vooruitgang. Dat vergt investeringen in innovatievermogen. De twee nieuwe domeinen, Cyber en Space (naast de drie klassieke militaire domeinen: zee, land & lucht) vragen in toenemende mate onze aandacht. Cybercrime, de veiligheid van infrastructuur en communicatiesystemen zijn momenteel reëlere gevaren dan vijandelijke tanks aan de grens.

We moeten, ook in Nederland, onze dreigingsperceptie aanpassen. En tegelijkertijd oog houden voor de meer ‘klassieke’ dreiging zoals we onlangs weer zagen rond de Oekraïne. Dergelijke grootschalige Russische troepenconcentraties zijn zorgelijk.’

Waar draaide het om tijdens de top?

‘Staatshoofden en regeringsleiders uit de dertig landen kwamen bijeen in Brussel om te besluiten over de toekomstige prioriteiten, maar ook om de trans-Atlantische band te vieren. Deze eensgezindheid is uiteindelijk het belangrijkste wapen van de NAVO. Niet verrassend dus dat landen als Rusland en China juist onze eenheid proberen te ondermijnen.

De top was het sluitstuk van een lange reeks onderhandelingen. Als die succesvol zijn afgesloten, is die top zelf eigenlijk niet eens meer zo spannend. Maar zonder een dergelijke top ontstaat er onvoldoende druk om tot resultaten te komen. Een top is een vliegwiel voor de hele NAVO-machinerie. We besluiten altijd bij unanimiteit. Dus het is een hele klus om de onderhandelingen tot een goed einde brengen met tastbare resultaten. Het ceremoniële moment van de presentatie van het communiqué en de foto met alle regeringsleiders, is een belangrijk moment en het tastbare bewijs van de eenheid en verbondenheid tussen de bondgenoten.

In dit communiqué staan overigens niet alleen standpunten, maar ook afspraken die vervolgens concreet handen en voeten moeten krijgen. Zo ging het ook eerder, denk aan de top in Warschau in 2016. Daar is besloten over een militaire aanwezigheid van de NAVO in de Baltische Staten en Polen. Vervolgens hebben landen zich ingespannen om hiervoor troepen ter beschikking te stellen. Zo ook Nederland. Ook op deze top is weer een aantal concrete voornemens bekrachtigd, die voor de top in Madrid in ’22 nader worden uitgewerkt.'

Het belang van Nederland: zekerstellen dat NAVO een sterk en toekomstbestendig bondgenootschap blijft.
Nederland is actief pleitbezorger van het versterken van de samenwerking tussen de EU en de NAVO.

Wat was uw rol tijdens de top?

‘Voorafgaand heeft het hele team op de geïntegreerde Permanente Vertegenwoordiging, dus zowel BZ- als Defensiecollega’s, hard gewerkt aan alle documenten die moesten worden aangenomen of bekrachtigd door de staatshoofden en regeringsleiders. Het publieke communiqué is daarvan het beste voorbeeld. Op de NAVO-top zelf begeleidde ik de Nederlandse delegatie onder leiding van de minister-president. En ik nam deel aan deze speciale vergadering van de Noord-Atlantische Raad.’

Waarom is de NAVO belangrijk voor Nederland?

‘De NAVO is de hoeksteen van het Nederlandse veiligheidsbeleid. De dreigingen van vandaag zijn groot en complex. Daar kunnen we ons als middelgroot land alleen niet afdoende tegen verweren. Dankzij dit bondgenootschap is er al 72 jaar vrede in Europa, maar dat is geen vanzelfsprekendheid. De NAVO moet zich blijven aanpassen. De lijnen die we nu uitzetten naar 2030 zijn cruciaal.’

Wat wilde Nederland op deze top bereiken?

‘Wij wilden zekerstellen dat NAVO een sterk en toekomstbestendig bondgenootschap blijft, dat kracht en zelfvertrouwen uitstraalt. Dit is in het belang van onze veiligheid. Geografisch bevindt Nederland zich in het midden van het bondgenootschap. We zien het dreigingsbeeld ook vanuit dat perspectief. Nederland heeft dus een uitstekende positie om de rol van verbinder te spelen.

Nederland is traditioneel een trans-Atlantisch georiënteerd land. Tegelijkertijd zijn we een ‘founding father’ van de EU. Wij kunnen de trans-Atlantische en Europese perspectieven bij elkaar brengen. Nederland is dan ook een actief pleitbezorger van het versterken van de samenwerking tussen de EU en de NAVO. Ook heeft Nederland een uitgesproken mening over wapenbeheersing. Samen met een aantal gelijkgezinde landen zullen we ons daar pro-actief voor inzetten.

Uiteindelijk is het voor ons belangrijk dat we consensus bereiken over de weg voorwaarts zodat de NAVO haar belangrijke rol kan blijven spelen. Dat is gelukt!’

Aanwezigheid van president Joe Biden tijdens de NAVO-top: er waait een nieuwe wind in Washington.

Joe Biden was erbij in Brussel, tijdens zijn eerste buitenlandse reis als Amerikaanse president. Waarom was zijn aanwezigheid zo belangrijk?

‘Zoals president Biden zei: ‘America is back’. En voor de NAVO is dat van essentieel belang. In interviews en opiniestukken kiest Biden voor samenwerking met bondgenoten en partners. Er waait duidelijk een nieuwe wind in Washington, die de NAVO versterkt. Het is een stuk eenvoudiger om dreigingen het hoofd te bieden als je als bondgenootschap eensgezind en wendbaar bent zodat we ons snel kunnen aanpassen aan nieuwe ontwikkelingen.

Maar het bondgenootschap moet ook beschikken over de militaire middelen om zo nodig de daad bij het woord te voegen. Die afschrikking maakt de NAVO geloofwaardig. Europese bondgenoten hebben de laatste jaren zeker stappen gezet om een grotere militaire bijdrage te leveren aan het verzekeren van onze eigen veiligheid. Maar het is de VS die vooralsnog het bondgenootschap, in de ogen van de buitenwereld, de militaire geloofwaardigheid geeft. De verbondenheid van de VS met onze veiligheid en dus met de NAVO is dus cruciaal. Dat moeten we koesteren.’

De vorige Amerikaanse president Trump heeft de afgelopen jaren erg gehamerd op de financiële bijdrage van de bondgenoten, de zogeheten twee procentnorm.

‘In 2014, tijdens de NAVO-top in Wales, kwam het punt van voldoende investeringen voor een geloofwaardige, collectieve verdediging nadrukkelijk aan de orde. Zoals president Obama het omschreef: ‘Freedom isn’t free’. Rusland had niet lang daarvoor de Krim geannexeerd. Alle bondgenoten waren hierdoor met de neus op die feiten gedrukt. De afspraak is toen gemaakt dat alle bondgenoten twee procent van hun bruto binnenlands product besteden aan Defensie. Tenminste twintig procent daarvan is bestemd voor investeringen.

De stand van zaken is dat negen bondgenoten op dit moment aan deze norm voldoen en naar verwachting zal dit aantal groeien tot 19 in 2024 . Nederland hoort daar nog niet bij. Bij ons staat de teller momenteel op 1,45% van ons bbp.’