Tekst Nina Diemers
Wat is de plek waar alle landen ter wereld samenkomen om over oorlog en vrede te praten? Waar grootmachten en kleine staten dezelfde stem hebben? Dat is de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (AVVN) in New York. Een belangrijk onderdeel van de AVVN is de Eerste Commissie, waar internationale veiligheid en ontwapening centraal staan. Nederland bracht er recent een nieuw onderwerp op tafel: kunstmatige intelligentie (AI) in het militaire domein.
De wereld spreekt tijdens de Eerste Commissie
Van 6 oktober tot 7 november vergadert de Eerste Commissie voor Ontwapening en Internationale Veiligheid, waar alle 193 lidstaten onderhandelen over zo’n 60 resoluties. Elk land neemt gelijkwaardig deel: van kleine staten tot grootmachten kan iedereen zijn stem laten horen. Dat maakt de commissie tot een uniek forum. De uitkomsten van de vergadering zijn niet juridisch bindend, maar kunnen grote morele en politieke betekenis hebben. Ze geven richting aan internationale debatten en vormen vaak de basis voor verdere onderhandelingen.
Nederland treedt binnen deze commissie samen met Zuid-Korea op als penvoerder van de resolutie Artificial intelligence in the military domain and its implications for international peace and security, die in 2024 voor het eerst werd ingediend.
Motie groeit uit tot mondiale kaders
Nederland geldt van oudsher als voortrekker bij het opstellen van internationale regels voor vrede en veiligheid. Vanuit die traditie heeft Nederland oog voor ontwikkelingen die vragen oproepen over veiligheid en verantwoordelijkheid. AI speelt daarin een steeds grotere rol: denk aan drones die zelfstandig opereren, systemen die missies helpen plannen of simulaties die het onderhoud van militair materieel voorspellen. Zulke toepassingen laten zien hoe snel AI zich ontwikkelt, maar ze brengen ook nieuwe risico’s met zich mee.
De eerste stap richting een internationale aanpak werd gezet in 2019, toen de Tweede Kamer de motie Koopmans c.s. aannam, die de regering opriep het thema AI in het militaire domein internationaal te agenderen. In 2023 gaven Nederland en Zuid-Korea daar invulling aan door gezamenlijk het initiatief te nemen voor een breed internationaal debat over het verantwoord gebruik van AI in het militaire domein. Dat kreeg vorm in de eerste internationale conferentie inzake Responsible AI in the Military Domain (REAIM) in Den Haag, gevolgd door een tweede editie in Seoul een jaar later. In 2026 is het de beurt aan Spanje om de derde editie te organiseren.
Deze bijeenkomsten brachten belanghebbenden uit verschillende hoeken samen – van private partijen en overheden tot maatschappelijke organisaties en kennisinstellingen. Voor velen was het de eerste gelegenheid om gezamenlijk te spreken over de kansen en risico’s van AI in het militaire domein.
Van REAIM naar resolutie
Als onderdeel van dit proces lanceerde Nederland de Global Commission on Responsible AI in the Military Domain (GC REAIM). Deze onafhankelijke commissie bestaat uit zo’n twintig internationale leden afkomstig uit alle regio’s van de wereld wordt en ondersteund door een brede groep experts. Gedurende anderhalf jaar werkte de commissie aan een eindrapport met concrete aanbevelingen voor regeringen om dit thema in hun beleid te verankeren.
Parallel aan de werkzaamheden van de Global Commission, werkten Nederland en Zuid-Korea aan een resolutie over AI in het militaire domein die zij vorig jaar indienden in de Eerste Commissie. Waar de discussies traditioneel draaien om kernwapens en conventionele ontwapening, zette Nederland een nieuw en snel opkomend thema op de internationale agenda, en kreeg veel steun. Het aannemen van de resolutie was daarmee een belangrijke stap in de erkenning dat militaire AI vraag om duidelijke afspraken over veiligheid, transparantie en verantwoordelijkheid.
Het voeden van het gesprek over militaire AI gebeurt niet alleen via de resolutie, maar ook door overleg met gelijkgestemde landen en het bouwen van draagvlak tijdens bijeenkomsten in de marge van de Eerste Commissie en in andere internationale fora. Zo brengen we samen het denken over duidelijke spelregels verder.
Dankzij de Nederlandse inspanningen kwam het onderwerp afgelopen september ook op het hoogste politieke niveau aan bod: Premier Dick Schoof sprak tijdens de High Level Week van de AVVN in een open debat over de invloed van AI op vrede en veiligheid. Hij lanceerde daar het rapport van de Global Commission on REAIM en benadrukte niet alleen de risico’s, maar ook de kansen van van AI:
“Omdat AI daadwerkelijk kan helpen bij het aanpakken van mondiale veiligheidsuitdagingen, zoals conflictpreventie, vredesmissies, vroegtijdige waarschuwingssystemen en de bescherming van burgers in militaire situaties"
Hiermee gaf Nederland een krachtig signaal af dat dit dossier blijvend internationale aandacht verdient.
Omdat internationale steun verbreden tijd kost, dient Nederland dit jaar een geactualiseerde resolutie in, met opnieuw de ambitie zoveel mogelijk landen aan de uitgangspunten te verbinden. Of dat lukt, moet nog blijken. Zeker is wél dat AI een vaste plaats krijgt in toekomstige conflicten en dat dialoog nu nodig is, voordat de technologie ons inhaalt.