Tekst Lodewijk Smoor

“Staakt-het-vuren in Oekraïne”, zo luidde de kop op de voorpagina van NRC op 10 december 2019. Dit was daags na de Normandy-4 Top in Parijs. Naar deze top werd reikhalzend uitgezien. Het was de eerste top in bijna 3 jaar. De top was een testcase voor de nieuwe president Zelensky, die toenadering zoekt tot Rusland. Maar bovenal was de top interessant omdat het lastig is Rusland te verleiden tot een gesprek over Oekraïne en helemaal tot afspraken mét Oekraïne. Over de mogelijkheid überhaupt afspreken te maken met Rusland bestaat in Oekraïne vrij veel scepsis, maar men probeert het toch omdat het de enige manier is om het hogere doel te bereiken: vrede in de Donbas.

De realiteit 6 weken na Parijs in Oost-Oekraïne is echter niet bepaald vredig. Van de afspraken in Parijs is weliswaar de gevangenenruil uitgevoerd en een tweede in de maak, maar veel veiliger is het sinds de top niet geworden. Het conflict in de Donbas beperkte zich al in 2019 tot beschietingen van legerposities, schermutselingen tussen scherpschutters en hinderlagen. Ruim 90% van de  geregistreerde bestandsschendingen vindt plaatst rond 5 hotspots. Vandaar de typering dat de nieuwe conflicttypering tussen “frozen” en “hot” zijn intrede deed: de Donbas als een “low intensity conflict with hotspots”. Deze situatie is sinds de top niet wezenlijk veranderd.

Bewoners van het gebied langs de “contactlijn” tussen het gebied onder controle van Kyiv en de separatistische “Volksrepublieken Donetsk en Luhansk (samen <4% van het Oekraïense grondgebied) hadden de afgelopen maand weliswaar met gemiddeld minder bestandsschendingen dan in 2019 te maken, maar de schendingen die er waren, logen er niet om. De treurige balans van de eerste 6 weken is  28 gewonde militairen en 8 doden. Daarnaast vielen er ook 6 burgerslachtoffers door mijnen en ongelukken met niet ontplofte munitie.

De Special Monitoring Mission (SMM) van de OVSE houdt het aantal schendingen minutieus bij. De missie is 1300 m/v sterk met een budget dat ongeveer even groot is als alle overige activiteiten van de OVSE bij elkaar. Dagelijks rapporteren zij of de Minskakkoorden worden nageleefd.

Het feit dat er nog regelmatig doden en gewonden vallen betekent niet dit niet dat het in geheel Oost-Oekraïne gevaarlijk is. De incidenten doen zich vooral voor in het gebied rond de contactlijn, rondom bekende hotspots, in gebieden waar het leger posities geeft en waar ook mijnen liggen. In plaatsen die niet in de buurt van de contactlijn liggen, merk je weinig van het conflict. Deze plaatsen zijn over de weg en per spoor niet significant slechter bereikbaar dan de rest van Oekraïne en soms zelf beter omdat de wegen minder gebruikt worden dan voor het conflict.