De PH-PBA is een Douglas DC-3 Dakota en gebouwd voor de Amerikaanse luchtmacht. Het was er 1 van ruim 10.000 exemplaren. Begin 1944 werd het gestationeerd in Europa. Het vliegtuig vloog in de eindfase van de Tweede Wereldoorlog missies tijdens de landing in Normandië en Operatie Market Garden. 

In 1946 kocht Prins Bernhard het toestel voor 50.000 dollar uit de Amerikaanse legerdump. Niet veel voor een vliegtuig dat maar 300 kilometer had gevlogen, zo vond hij. Op 25 februari 1947 werd het vliegtuig ingeschreven als de PH-PBA, op naam van de Rijksluchtvaartdienst (RLD). Het toestel werd hiermee het eerste Nederlandse regeringsvliegtuig. Als registratie kreeg het vliegtuig de landcode voor Nederland, PH. PBA staat voor Prins Bernhard Alpha. Op 13 november 1947 haalde Prins Bernhard het brevet voor dit type vliegtuig en mocht hij er zelf mee vliegen.

Leden van het Koninklijke Huis gebruikten het toestel vaak, in binnen- en buitenland. In 1960 kwam er een nieuw regeringsvliegtuig, maar de PH-PBA bleef tot 1975 vliegen om navigatiesystemen te testen. Daarna werd het een museumstuk voor het Aviodrome.

De bemanningsleden poseren na een vlucht met het prinselijk paar (13 april 1946). Op de foto boven het artikel: Koningin Juliana en Prins Bernhard brengen een bezoek aan België (30 mei 1960).

In 1996 is de Stichting Prins Bernhard Alpha opgericht, met als doel de PH-PBA weer in oorspronkelijke staat terug te brengen. Het bestuur van de stichting is in handen van de Stichting Dutch Dakota Association (DDA) Classic Airlines. Op 13 november 1998 werd het toestel overgedragen aan de DDA. De PBA kreeg jaren later – op verzoek van Prins Bernhard – een nieuwe naam: Prinses Amalia. 

De PH-PBA maakt van april tot november rondvluchten. Vooral vanaf Schiphol, maar ook vanaf de andere grote luchthavens in Nederland en vanaf diverse luchthavens in Duitsland. Een rondvlucht is te boeken via de site van de DDA.