Tekst Fleur de Braaf en Roderik Stol
Het verbeteren van VN Vredesoperaties was een van de speerpunten tijdens het lidmaatschapsjaar van Nederland in de VN Veiligheidsraad. Hoewel het Nederlandse lidmaatschap ten einde is, blijft hervorming van vredesoperaties een belangrijke internationale prioriteit. In deze context ging de Veiligheidsdiplomaat in gesprek met de Australische assistant professor van Internationale Betrekkingen op de Universiteit Leiden, Vanessa Newby. Naast de vele publicaties die ze op haar naam heeft staan, heeft ze ook veel veldervaring in de United Nations Interim Force in Lebanon (UNIFIL).
Leestijd: 8 minuten
Achtergrond
In 1975 brak in Libanon een burgeroorlog uit tussen verschillende bevolkingsgroepen. Om de situatie onder controle te krijgen, stuurde de Arabische Liga in 1976 een waarnemingsmissie naar Libanon, die grotendeels bestond uit Syrische troepen. Buurland Israël beloofde echter in te grijpen als Syrische troepen de denkbeeldige lijn van oost naar west ter hoogte van havenstad Sidon zouden overschrijden. Syrische troepen waren hierdoor niet in staat het gezag van de Libanese regering in het zuiden van het land te herstellen, waardoor spanningen tussen christelijke milities enerzijds en de Palestine Liberation Organization (PLO) en bondgenoten anderzijds regelmatig tot gewelddadige uitbarstingen leidden.
Na een zware aanval van de PLO op Israëlisch grondgebied in maart 1978, besloot Israël het Libanese grondgebied tot aan de rivier de Litani te bezetten. Hierop riep de VN Israël op zich uit Libanon terug te trekken. Om toe te zien op het vertrek van de Israëlische troepen uit Libanon en om de vrede, veiligheid en het overheidsgezag in het grensgebied te herstellen, werd UNIFIL in het leven geroepen door de VN Veiligheidsraad. Sinds 2006 ziet UNIFIL onder meer ook toe op ontwapening van gewapende groeperingen en het tegengaan van illegale wapensmokkel. Hiermee draagt UNIFIL niet alleen bij aan de stabiliteit in Libanon, maar ook aan de stabiliteit in de regio.
Voornamelijk in de beginjaren van UNIFIL leverde Nederland een grootschalige militaire bijdrage aan de missie. Nederlandse troepen zetten onder meer watervoorzieningen op en openden medische- en observatieposten. Sinds 2018 is een Nederlandse Genderadviseur actief in de missie. Deze werkt nauw samen met militaire eenheden op het gebied van outreach en civiel-militaire samenwerking. Hiermee onderstreept Nederland onder meer het belang van de rol van vrouwen in alle stadia van conflictbeheersing.
Bouwen aan een betere missie
Internationaal wordt gewerkt aan het effectiever en efficiënter maken van VN-missies. In UNIFIL is al veel vooruitgang geboekt op dit gebied: de lokale bevolking heeft de rol van de missie grotendeels geaccepteerd, ongeacht of ze Sjiitisch, Soennitisch of Christen waren. Voor het succes van UNIFIL wijst Newby op de hoge mate van vertrouwen vanuit de overwegend Sjiitische, pro-Hezbollah bevolking in het belang van de missie voor handhaving van vrede in de regio. Niet alleen de legitimiteit van de missie speelt hierbij een rol, maar ook juist kleine praktische acties in het veld. Een viertal factoren dragen hieraan bij: voorspelbaarheid, spontaniteit, kennisoverdracht en houding.
Voorspelbaarheid
Het opbouwen van geloofwaardigheid hangt nauw samen met voorspelbaarheid. Newby wijst hierbij op consistentie van acties van de missie. Als voorbeeld noemt ze de projecten die UNIFIL doet voor de bevolking. Civiel adviseurs en civiel-militaire adviseurs gaan regelmatig in gesprek met de lokale bevolking, waaronder ook veel vrouwen, om te inventariseren wat hun behoeftes zijn. Op basis hiervan kan UNIFIL kleine projecten gedurende vier maanden opzetten. Deze voorspelbaarheid en interactie creëert een stabiel draagvlak onder de bevolking.
Spontaniteit
Naast voorspelbaarheid, speelt ook spontaniteit een belangrijke rol om draagvlak voor de missie te krijgen onder de bevolking. Spontaniteit is hier het snel en effectief reageren op ontwikkelingen die niet altijd voorzien zijn. Het spontaan optreden van UNIFIL troepen bij brand, wordt bijvoorbeeld door de bevolking meer gewaardeerd, dan achteraf geld geven. Ook andere kleine acties, zoals theedrinken met burgemeesters of imams kan helpen meer steun te krijgen van de lokale bevolking.
Kennisoverdracht
Omdat UNIFIL een van de oudste VN-missies is, is er veel kennis opgedaan. Hiervan kunnen zowel UNIFIL, als andere VN-missies leren. Hierbij gaat het niet alleen om kennis over de VN, maar ook lokale kennis, die vaak over een langere periode moet worden opgebouwd. Doordat binnen UNIFIL medewerkers soms al lange tijd meedraaien (sommigen ruim 8 jaar!), zijn intensieve netwerken ontstaan tussen de bevolking en de missie, die gedeeld worden met nieuwe missieleden.
Houding
Ook de houding van VN-troepen, vaak buitenstaanders met beperkte kennis van de lokale cultuur, tegenover de bevolking, wordt vaak onderschat, maar is zeer belangrijk. Indonesische troepen glimlachten en stapten vaak uit hun voertuigen om contact te maken met de bevolking. Dit werd zeer gewaardeerd.
Conclusie
Op de vraag hoe de Nederlandse aanpak zich verhoudt tot bovengenoemde principes, vertelt Newby dat Nederland in de missie bekend stond vanwege de kalme en respectvolle manier waarop militairen omgingen met de lokale bevolking. Daarnaast valt Nederland op doordat veel waarde wordt gehecht aan de rol van vrouwen in vredesoperaties en het betrekken van vrouwen bij lokale projecten. Hiermee heeft Nederland een niche capaciteit ontwikkeld, waarmee het zich onderscheidt van andere landen. Daar komt bij dat door consistent bij te dragen aan de missie, Nederland succesvol is geweest draagvlak onder de bevolking te creëren voor de gehele missie.
Ook de komende jaren zal Nederland zich blijven inzetten in UNIFIL en andere VN missies en in internationaal verband aandacht vragen voor het verbeteren van vredesoperaties.