Tekst Tom Wassink
Foto Marloes van Baren

Op 4 augustus omstreeks 18:00 uur plaatselijke tijd schrikte 2 enorme explosies de hoofdstad van Libanon, Beiroet, op. In de haven lag een grote hoeveelheid ammoniumnitraat opgeslagen, die op klaarlichte dag explodeerde. Bij die explosie zijn meer dan 170 mensen overleden, duizenden gewond geraakt en zijn rond de 300.000 mensen dakloos geworden. Onze collega Hedwig Waltmans-Molier, echtgenote van ambassadeur Jan Waltmans, is daarbij ernstig gewond geraakt en helaas vier dagen later aan haar verwondingen overleden. Een groot verlies. Ook hebben een aantal andere collega’s en partners van collega’s verwondingen opgelopen. Daarmee heeft deze ramp ook een persoonlijke impact op het ministerie van Buitenlandse Zaken (BZ) en laat het eens te meer zien dat diplomaten in risicovolle omstandigheden hun werk doen voor Nederland.

Leestijd: 3 minuten

Crisisrespons

Ondanks de schade aan het kantoor konden collega’s via een noodtrap naar de tiende verdieping om aan de slag te gaan. Een crisisteam werd opgezet om zich bezig te houden met het coördineren van crisisrespons; contact onderhouden met de lokale autoriteiten en hulp aan Nederlanders die nog in Libanon zijn. Naast ambassadepersoneel dat gewond is geraakt bij de explosie, zijn ook vier andere Nederlanders gewond geraakt, grotendeels door glasscherven. Gelukkig zijn ook de vermiste Nederlanders in Beiroet snel terug gevonden.

Een werkkamer op de ambassade
een impressie van een van de kamers in de ambassade - opgeruimd en wel

Crisis in kaart

Ook in Nederland is men meteen overgegaan tot actie. Het BZ-crisisteam, onder leiding van de crisiscoördinator, stond aan het einde van een werkdag op het punt om naar huis te gaan toen het Nationaal CrisisCentrum belde met het bericht over explosies in Beiroet. De collega’s van het BZ-crisisteam hebben direct plaatsgenomen in de crisisruimte voor het eerste crisisberaad met betrokken directies op het departement. Al snel was er contact met de ambassade en kreeg het BZ-crisisteam een indruk van de impact van de explosies, zowel op de lokale bevolking als op de ambassade. Vanwege de urgentie om de ambassade inzetbaar te houden voor ondersteuning van Nederlanders in Libanon en het land zelf, en vanwege de grote persoonlijke gevolgen voor medewerkers, besloot het crisisberaad om ondersteuning vanuit Den Haag naar Beiroet te sturen. Meerdere collega’s waren meteen bereid om hun spullen te pakken en richting Beiroet te vertrekken.

Hester met delegatie van het Havenbedrijf Rotterdam en BZ in de haven van Beiroet
Hester met delegatie van het Havenbedrijf Rotterdam en BZ in de haven van Beiroet - hoe kunnen wij helpen?

Hulp vanuit Nederland

De dag na de explosie vertrokken vijf BZ-collega’s en zo'n 60 hulpverleners met acht honden van het Nederlandse Urban Search and Rescue (USAR.NL)-team naar Libanon om de lokale bevolking te ondersteunen bij het zoeken naar vermiste personen. Het USAR-team heeft in het hun toegewezen gebied geen slachtoffers gevonden, maar kon met behulp van bepaalde apparatuur wel uitsluiten dat er iemand onder het puin lag. Ook heeft het team gebouwen gecontroleerd op instortingsgevaar en verleende het hand- en spandiensten op de Nederlandse ambassade. Op 10 augustus is het USAR-team weer teruggekeerd uit Beiroet.

Een van de BZ-collega’s die meteen naar Libanon is vertrokken is Hester Somsen, directeur Veiligheidsbeleid en voormalig ambassadeur in Libanon. Zoals ze zelf al eerder aangaf in een interview met het AD (lees hier het AD interview met Hester Somsen) om ‘iedereen even wat rust te gunnen en de trillingen uit de benen te halen’. Juist in deze crisis kwam haar ervaring en netwerk in Libanon van pas om direct de ambassade bij te staan en de hulp vanuit Nederland te coordineren. Ook plaatsvervangend ambassadeur Margret Verwijk, die net was aangekomen in Nederland voor een vakantie, is direct teruggekeerd. Verder reisden ook een bedrijfsmaatschappelijk werker en twee bouwkundige collega's  af naar Libanon wegens de grote (mentale) impact op de collega’s van de post. Om Libanon in deze zware tijden te ondersteunen heeft de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, Sigrid Kaag, 3 miljoen beschikbaar gesteld uit het noodhulpbudget. Eerder doneerde het kabinet al 1 miljoen euro aan het Rode Kruis in Libanon. De bijna 13 miljoen euro die via de Giro555-actie zijn opgehaald kwam recht uit het hart van de Nederlanders en werd door de Libanezen als een enorme steun ervaren.

Visual Nederlandse steun na de explosie in Libanon
Overzicht van de Nederlandse steun na de explosie