Tekst Alain Ancion
Het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft een wereldwijd diplomatiek contraterrorisme (CT)-netwerk. Hoe ziet de werkweek van een regionale veiligheidscoordinator er precies uit? De Veiligheidsdiplomaat volgde onze collega Alain Ancion in de Westelijke Balkan (WB).
Leestijd: 2 minuten
Op onderzoek in de Westelijke Balkan
Na lockdown, Covid 19-repatriëring en een medische tegenvaller, lag de fysieke weg van terrorisme-preventie werk in de WB weer open. Ik trok zondagochtend letterlijk de stoute steunkousen aan en ging in de CX5 met het Nederlandse CT en preventiebeleid in de tas en de nodige vertragende factoren (kolossaal dood everzwijn en ingestort rotspuin op de weg) de regio in. Een drukke reis voor de boeg met afspraken in Skopje, Pristina en Tirana.
Op de Servische autoweg kwam ik langs een pontificaal op de rotonde geplaatst vijftien meter hoog orthodox kruis en werd voorbij gestoven door leden van een notoire motorbende, de Nachtwolven. De rol van religie, rechts-extremisme en etnisch nationalisme bij terrorisme en gewelddadig extremisme, kwam ook volop aan bod tijdens de enerverende afspraken die ik had in Noord-Macedonië, Kosovo en Albanië.
In gesprek op gepaste afstand
De gesprekken op anderhalve meter en met gezichtsmasker met collega-diplomaten, EU, VN, OVSE, denktanks, NGO’s en nationale autoriteiten verscherpen de analyses van ons regionaal veiligheids- en stabiliteitsnetwerk. Die gesprekken zijn vaak een rijke bron van informatie. Met de Noord-Macedonische minister van Financiën trapte Dirk-Jan Kop het project tegen terrorismefinanciering en witwassen af. Ik mocht de persconferentie verzorgen, die aandacht kreeg in het lokale acht uur-journaal. De NGO Democracy Lab zal met betrokkenheid van de Nederlandse Financial Intelligence Unit (FIU) hier aan de slag gaan met het versterken van het Noord-Macedonische FIU. Zo kan Noord-Macedonië met Nederlandse expertise terrorismefinanciering tegengaan.
En verder?
Ik weet zeker dat ook de andere twee countering violent extremism (CVE)-projecten, met tekenmomenten in Kosovo en Albanië, gaan bijdragen aan meer lokale capaciteit op het gebied van preventie. In Kosovo gaan twee NGO’s de capaciteit van autoriteiten op preventie van radicalisering en Foreign Terrorist Fighters (FTFs) in lokale gemeenschappen aanscherpen. In Albanië gaat een consortium van NGO en de overheidsinstantie de online capaciteit op het snijvlak cyber en terrorismebestrijding verbeteren. Zeker in tijden van corona is sprake van online-radicalisering en cybercriminaliteit. Bovendien zullen deze projecten ook weer een netwerk bieden voor de ambassades in de regio om de bilaterale en regionale informatiepositie te versterken.
Kortom, ons werk in 'het veld' is weer mogelijk met alle Covid 19-maatregelen duidelijk voor de bril. Onze ogen en oren in de regio zijn juist in deze uitdagende tijden nodig om nieuwe trends waar te nemen en te rapporteren aan Den Haag.