Tekst Taskforce Cyber

Eén keer per jaar verzamelt de “who’s-who” in de internationale cybersecurity wereld zich in Zuidoost-Azië voor de Singapore International Cyber Week. Dit jaar voor het eerst volledig virtueel. Hieronder een korte impressie door Cyberdiplomaat Jan-Hein Chrisstoffels.

Leestijd: 3 minuten

Singapore heeft een naam hoog te houden waar het gaat om internationale veiligheidsconferenties. De stadstaat organiseert al langer de exclusieve Shangri-La Dialogue. Sinds vijf jaar is daar de Singapore International Cybersecurity Week bijgekomen. Van 5-9 oktober 2020 spraken politici, diplomaten, beleidsbepalers en zakelijke leiders uit de hele wereld hier over de vele veiligheidsuitdagingen in een digitale samenleving.

Nederlandse deelname

De Nederlandse delegatie (BZ, NCSC) werd geleid door Nathalie Jaarsma (AMAD Veiligheidsbeleid & Cyber). Nederland leverde net als tijdens vorige edities een actieve bijdrage, tijdens de Ministerial Opening Roundtable en de Women in Cyber panels. Nadruk daarbij lag op de noodzaak om ook online, in cyberspace, de international rule-based order te versterken en handhaven. Tijdens bilaterale gesprekken met de Singaporese gastheer werd de uitstekende samenwerking bevestigd en werd gesproken over een bilaterale cyber dialoog.

De conferentie stond dit jaar natuurlijk in het teken van de pandemie. Jaarsma: “Door Covid zien wij nog duidelijker hoe belangrijk digitalisering is geworden voor onze communicatie, economie en bestuur. De kans op misbruik en ontwrichting is evenredig toegenomen.” Alles wijst op een nieuwe normaal van aanhoudende cyberaanvallen, digitale diefstal, afpersing, disinformatie en digitale spionage-activiteiten.  

“Where elephants fight”

Voor wie nog twijfelde, werd deze week in Singapore opnieuw bevestigd: technologie is geopolitiek geworden. Voor grote landen (o.a. VS, China, Rusland) blijkt technologie niet langer primair een economisch thema, maar even goed een veiligheidsthema. Voorheen technische discussies zijn verworden tot een politieke strijd over het gebruik van technologie (gedragsregels in cyberspace, gebruik van AI, privacy) en over de fysieke apparatuur (5G; “heeft technologie een paspoort?”).

De discussies draaien daarbij steeds minder om technische vragen, maar veeleer om onderling vertrouwen. Veel landen spraken hun zorg uit over het toenemende onderlinge wantrouwen. Niemand wil in een positie komen dat men moet kiezen tussen bijvoorbeeld Westerse of Chinese technologie. Of zoals iemand opmerkte: “Where elephants fight, the grass gets trampled”. Niet alle sprekers meenden overigens dat een scenario van decoupling nog voorkomen kon worden.

Internationale inzet

Dit zorgelijke beeld liet in elk geval geen twijfel over de urgentie. Het belang om in Europees, regionaal en internationaal verband een stevige positie in te nemen om zo grip op het debat te houden neemt allengs toe. Nederland, Australië, VK, Frankrijk en Singapore hamerden dan ook op het collectieve belang van internationale normen en rules of the road in cyberspace, waar in VN-verband (VN-GGE en VN-OEWG) hard aan wordt gewerkt. Frankrijk, Nederland en het VK herhaalden het belang om op te treden tegen landen die de gedragsnormen in cyberspace schenden. Het wordt steeds belangrijker om breed draagvlak te zoeken voor onze posities, ook buiten traditionele like-minded landen. Veel Westerse landen hebben hiervoor de blik onder andere gericht op de Indo-Pacific regio, inclusief de tien ASEAN lidstaten. De Singapore International Cyber Week voldoet duidelijk aan een vraag en krijgt ongetwijfeld een zesde editie. Hopelijk dan weer fysiek.