Tekst Sjoerd Keij

“In Irak is geen stabiliteit zonder veiligheid en geen veiligheid zonder stabiliteit”

Op 24 mei jl. heeft Nederland het commando van Spanje overgenomen van de NAVO-missie in Irak (NMI). Voorafgaand aan zijn vertrek ging Luitenant-generaal Cas Schreurs samen met zijn team in gesprek met de Veiligheidsdiplomaat en nam ons mee in de wereld van NAVO-missies, de Nederlandse rol en het leven op een militaire basis.

Leestijd: 5 minuten.

Schreurs (links) heeft een jaar lang de leiding.
Luitenant-generaal Schreurs (links) is de nieuwe troepencommandant van de NAVO-missie in Irak.

Wat doet de NMI precies?

“Sinds 2018 is de NAVO actief in Irak, dit is altijd op verzoek van de Iraakse overheid geweest. NMI is een NAVO-adviseringmissie. Dat houdt in dat de NAVO advies geeft aan instituties van de Iraakse overheid, zoals het Ministerie van Defensie, en ervoor zorgt dat Irak op het gebied van veiligheid nog beter op haar taak is voorbereid. Met onze kennis in de hand, geven we advies over hoe in NAVO-verband de logistiek wordt gefaciliteerd en hoe we een goed investeringsplan. Een groot verschil met eerdere NAVO-missies is dat NMI geen trainingen geeft en ook niet betrokken is op het tactische niveau. Wij geven dus echt enkel advies aan onder andere hoge stafofficieren en burgers werkzaam voor het Iraakse Ministerie van Defensie, verantwoordelijk voor de strijdkrachten en het Ministerie van Binnenlandse Zaken waar de federale politie onder valt.”

“De gedachte hierachter is dat Irak als NAVO-partner de wens heeft om een nog betere NAVO-partner te worden. Hiervoor dient Irak nog beter aan te sluiten bij de manier van werken binnen de NAVO. Dat gaat, heel basaal, om een goede beheersing van het Engels, de radiosystemen aansluiten op de NAVO en de wapensystemen goed op elkaar aansluiten. Die systematiek moet Irak binnen haar eigen defensie-apparaat uitrollen en zo dichterbij de NAVO-standaarden brengen.”

“Nederland draagt hier op drie manieren aan bij. Sinds januari 2024 leveren wij een Force Protection compagnie. Dat zijn de mannen en vrouwen die verantwoordelijk zijn voor de veiligheid van het NAVO-personeel in Irak. Hiernaast leveren wij vanaf mei 2024 een helikopterdetachement met 3 Chinook-transporthelikopters dat verantwoordelijk is voor de bevoorrading en verplaatsing van adviseurs, eenheden en materieel. Overkoepelend hieraan levert Nederland tevens de troepencommandant van de gehele NAVO-missie.”

Waarom is het van belang dat de NAVO actief is in Irak?

“De afgelopen 40 jaar is Irak af en aan in oorlog geweest. Het land ligt op een strategische plek in een vrij onrustige regio. De NAVO heeft als doel het streven naar vrede en veiligheid in Europa en voor de NAVO en haar partners. Om dit te realiseren, moeten we goed beseffen dat vrede niet stopt bij onze eigen grenzen en moeten we daarom soms ook bij de buren kijken. Het is voor de NAVO van belang dat Irak, als strategisch land en NAVO-partner, stabiel is en ook blijft. Een onveilig en instabiel Irak kan namelijk vergaande gevolgen hebben voor de veiligheid in en rondom Europa. Denk aan het risico op terrorisme, ongecontroleerde migratiestromen en smokkelroutes.”

“Los van het stabiliserende effect van NMI, is de missie voor de NAVO ook van belang omdat het een van de eerste niet-militaire adviesmissies is. Het denken binnen de NAVO is aan het veranderen. Eerder voerde de NAVO altijd interveniërende en stabiliserende missies uit, zoals KFOR op de Balkan. Met NMI stuurt de NAVO een adviserende missie, zonder gevechtseenheden. We hebben wel wapens, maar die dienen enkel en alleen voor onze eigen veiligheid. Door deze verandering wordt binnen de NAVO met extra belangstelling naar ons werk gekeken. Enerzijds of wij de doelen op het gebied van advisering behalen, maar ook of het format van een adviesmissie onder de NAVO-vlag goed werkt.’’

Luitenant-generaal Schreurs (links) is de nieuwe troepencommandant van de NAVO-missie in Irak
Schreurs heeft een jaar lang de leiding.

Hoe ziet uw dag eruit?

“Als Force Commander heb ik twee hoofdverantwoordelijkheden: aan de ene kant ben ik de hoogste adviseur voor de Iraakse overheid, maar ik ben ook verantwoordelijk voor alle mannen en vrouwen van de NAVO-missie. Deels ben ik in gesprek met Iraakse partijen die ik advies moet geven en deels ben ik in gesprek over het welzijn van mijn eigen mensen.''

“Als we kijken naar het inhoudelijke aspect, ben ik ongeveer twee tot drie keer per week buiten de basis op gesprek bij mijn Irakese counterparts en eenheden. Op andere momenten ga ik richting de Al-Assad Airbase, waar ons helikopterdetachement is gestationeerd. Los daarvan moeten we natuurlijk niet vergeten dat er veel belangstelling van buiten is voor de missie. Zo komen er met enige regelmaat staatshoofden, ministers en andere diplomatieke bezoekers langs. Deze bezoeken zijn voor van groot belang, omdat wij zo kunnen laten zien wat we doen em wat we nodig hebben. De inkomende bezoeken zijn ook een manier om draagvlak te creëren voor de missie met het uitdragen van haar successen.”

“Kortom, een dag is een mix van werkbezoeken, overleggen en briefings. Dit gaat zes dagen in de week door. De zaterdag is onze rustdag, omdat het van belang is om rustmomenten in te bouwen en zo het tempo van de missie, het klimaat en ook wel het gemis van thuis vol te kunnen houden. Iedereen kan zich 24/7, dag in dag uit, volledig inzetten. Maar zonder rustmomenten ga je het echt geen jaar kunnen volhouden. Daarom is het belangrijk om je rust te nemen en ook voor mij goed om te blijven kijken naar het welzijn van de mannen en vrouwen in de gehele NAVO-missie.”

Hoe bereidt u zich voor op een missie zoals deze?

“Eigenlijk wist ik ongeveer een jaar gelden al dat ik naar Irak ging. Vanaf dat moment begin je met het voorbereidingstraject. Zo ben ik informatie gaan inwinnen bij oud-Force Commanders en voorzichtig gaan rondkijken welke mensen ik in mijn team wilde opnemen. Hier heb ik deels zelf wat over te zeggen, zoals mijn Aide-de-Camp, Militair Adviseur en Politiek Adviseur. Maar voor bijvoorbeeld medisch personeel, vraag ik de Landmachtstaf om een voorselectie te maken. Zij weten beter wie geschikt is voor een dergelijke missie.’’

‘’Naast het selecteren van het team zijn wij op bezoek gegaan bij de landen die troepen leveren aan de NMI, zoals de VS en Spanje, bij de verschillende NAVO-onderdelen en in Bagdad zelf. Het was van belang dat we alle betrokken personen en partijen al ontmoet hadden voordat we richting Irak vertrokken. Als laatste ben ik zelf ook nog op een tweeweeks trainingsprogramma vanuit de NAVO geweest waar ik persoonlijk werd klaargestoomd om richting Irak te vertrekken. Terugkijkend is dit voorbereidingstraject erg goed verlopen.’’