Tekst Floris Westerhof
Samen staan we sterker
De Noordzee is een van de drukst bevaren en meest strategische wateren ter wereld. Het gebied herbergt allerlei soorten vitale infrastructuur zoals windparken, onderzeese kabels en olie- en gasinstallaties, die van kritiek belang zijn voor de Europese energievoorziening en communicatie. Om deze complexe infrastructuur te beschermen en te optimaliseren is internationale samenwerking onmisbaar.
Een nieuw geopolitiek tijdsgewricht
Het is bekend dat bepaalde landen plannen hebben om vitale infrastructuur zoals pijpleidingen en datakabels in de Noordzee in kaart te brengen en mogelijk te saboteren. Denk aan de Nordstream-pijplijn die explodeerde in september 2022. Hoewel het nog steeds niet bekend is wie daar verantwoordelijk voor was, markeert de explosie een keerpunt in geopolitieke verhoudingen. De sabotage deed de spanningen in Europa oplopen en leidde tot zorgen over de beveiliging van vitale infrastructuur.
Coördinerend beleidsmedewerker Kimini Delfos van het Programma Bescherming Noordzee Infrastructuur (PBNI) bij het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is dagelijks bezig met deze onderwerpen en de bevordering van internationale samenwerking op de Noordzee. Hoewel ze vertelt dat Nordstream in september 2022 niet de oorzaak was van het opstarten van het PBNI, heeft de sabotage wel de internationale samenwerking in een stroomversnelling gebracht. Delfos vertelt over haar fascinerende werkterrein en wat een ondoorgrond gebied de Noordzee nog altijd is.
Abonneer je op de Veiligheidsdiplomaat
Internationale samenwerking
Met het groeiende belang van offshore windparken en datakabels in de Noordzee, speelt het PBNI een cruciale rol in het beschermen van Nederlandse en Europese belangen. Internationale samenwerking hierbij helpt niet alleen om vitale infrastructuur beter te beveiligen, maar draagt ook bij aan het geopolitieke vermogen van Europa om dreigingen te weerstaan. “Als Nederland heb je slechts een bepaalde rechtsmacht”, vertelt Delfos. “Je hebt de Nederlandse territoriale wateren tot 12 zeemijl vanaf de kust en daarna de Exclusieve Economische Zone (EEZ). Maar binnen deze EEZ heb je beperkte rechtsmacht en geldt het internationaal zeerecht .”
Nederland hecht traditioneel veel waarde aan het principe van vrije doorvaart, dat onderdeel is van het internationale zeerecht en essentieel is voor de wereldhandel en maritieme connectiviteit. Dus wat ‘minder vriendelijke’ schepen zullen er nu eenmaal ook varen. Nederland wil zelf ook blijven varen in voor onze handelsroutes belangrijke gebieden, zoals de Zuid-Chinese Zee.
Vanwege het gedeelde belang bij de vitale infrastructuur op de Noordzee werkt Nederland intensief samen met Noordzeelanden Duitsland, België, het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen en Denemarken. Deze samenwerking richt zich op het delen van informatie over dreigingen, het coördineren van acties bij incidenten en het delen van best practices (kennis en ervaring). Daarnaast worden afspraken gemaakt over de beveiliging van internationale datakabels en energieprojecten, zoals offshore windparken die meerdere landen bedienen. “Landen kunnen veel van elkaar leren”, vertelt Delfos. Ze was afgelopen voorjaar met een Nederlandse delegatie in Denemarken en in het Verenigd Koninkrijk om inzicht te krijgen in de inspanningen van deze landen op de Noordzee. Ook organiseerde ze een werkbezoek in Olso en Stavanger, waar Nederland veel kan leren van de publiek-private samenwerking. De landen in het samenwerkingsverband steken ook veel op van Nederland. Onze interdepartementale werkwijze tussen ministeries is uniek en voor anderen een bron van inspiratie.
Gezamenlijke verklaring Noordzeelanden
Om deze samenwerking tot stand te laten komen heeft Nederland op initiatief van België gewerkt aan een Joint Declaration of Intent (gezamenlijke verklaring). Samen met België heeft Nederland de overige Noordzeelanden kunnen betrekken bij de samenwerking. “De onderhandelingen vonden in september 2023 plaats. We konden elkaar snel vinden, dit zijn gelijkgestemde landen die elk een belang hebben om de infrastructuur beter te beschermen”, zegt Delfos. “Wel blijft het een uitdaging om met de juiste mensen in gesprek te komen. Het thema is, net zoals in Nederland, belegd bij verschillende ministeries met diverse verantwoordelijkheden. En in veel landen blijken de ministeries elkaar niet zo snel op te zoeken. Daar is Nederland uniek in”.
De gezamenlijke verklaring is een belangrijk uitgangspunt om de internationale samenwerking te stimuleren. Met de verklaring is de samenwerking tussen landen rond de Noordzee op dit thema geformaliseerd en versterkt. Een van de resultaten is een internationale werkgroep die regelmatig samenkomt. Nederland was het afgelopen jaar voorzitter van de werkgroep en draagt in december het stokje over aan Noorwegen. Onder de paraplu van de gezamenlijke verklaring worden diverse initiatieven ontplooid. Zo is er een actieve samenwerking tussen gaspartijen in de betrokken landen om best practices met elkaar te delen.
Toekomst
In een wereld met toenemende geopolitieke spanningen is het beschermen van deze vitale infrastructuur niet alleen een nationale prioriteit, maar een gedeelde Europese verantwoordelijkheid. “Het gaat niet alleen om het beschermen van onze energie- en datakabels, maar om het behouden van leveringszekerheid van energie, economische stabiliteit en veiligheid in een onzekere toekomst”, aldus Kimini Delfos. Met de stijgende afhankelijkheid van hernieuwbare energie en digitale connectiviteit blijft de Noordzee een strategische pijler voor Europa. Alleen door nauwe internationale samenwerking kan de regio voorbereid blijven op de uitdagingen van morgen.
Volgende artikel: Einde succesvol Nederlands voorzitterschap Freedom Online Coalition.