Tekst Evelien Waardenburg

Nederland is een wereldspeler als het gaat om het kweken en veredelen van gewassen. Plantenveredelaars kunnen ervoor zorgen dat producten beter worden, meer opbrengen en beter opgewassen zijn tegen insecten, schimmels en ziekten. Dit is van groot belang voor de voedselzekerheid in de wereld. Vrije toegang tot genetische bronnen is daarbij een belangrijke randvoorwaarde.

Nederland is goed in het veredelen van gewassen

De producten van plantenveredelaars, nieuwe rassen, zijn vrij eenvoudig te kopiëren. Maar het werk van plantenveredelaars vergt veel kennis en is arbeidsintensief. Om de investering door plantenveredelaars veilig te stellen is er het kwekersrecht (vergelijkbaar met het auteursrecht). Dat verbiedt derden zonder voorafgaande toestemming van de eigenaar een beschermd ras te vermeerderen. Maar andere plantenveredelaars mogen wel van het beschermde ras gebruik maken om daarmee nieuwe rassen te ontwikkelen. Dit kwekersrecht werkt goed en efficiënt en wordt volop gebruikt.

Producten van plantenveredelaars, nieuwe rassen, zijn vrij eenvoudig te kopiëren

De oorsprong van de wilde tomaat ligt in Peru. Van daar ging de eerste reis naar Mexico. Vervolgens via de Verenigde Staten naar Nederland en weer terug naar de VS voor veredeling. Daarna voor vermeerdering tot verhandelbare zaden naar het oosten van de wereld om hierna als zaad verkocht te worden over de hele wereld.

Veredelaars gebruiken kennis over erfelijkheidsleer, plantenziekten en biotechnologie om gewassen aan te passen aan de wensen van de mens en de uitdagingen van de natuur

Toename octrooien
Toch is het niet vanzelfsprekend voor veredelaars dat het aantrekkelijk blijft plantenrassen te verbeteren, omdat het open innovatiemodel de afgelopen jaren onder druk is komen te staan. Door een toenemend aantal octrooien op planteigenschappen kunnen zij niet meer vrijuit beschikken over alle plantenrassen, terwijl dat essentieel is voor hun werk. De octrooien doorkruisen het kwekersrecht, omdat toestemming van de eigenaar van de geoctrooieerde eigenschap nodig is, voordat een concurrent een ras op de markt kan brengen met deze eigenschap.
De vrije toegang tot genetische bronnen komt hiermee onder druk te staan. Nederland heeft zich altijd verzet tegen patenten op natuurlijke eigenschappen en biologische processen. Een monopolie op bepaalde eigenschappen van planten is onlogisch en onwenselijk: de natuur is van ons allemaal.

Balans
Daarom moet er in Europa een balans gezocht worden tussen het octrooi- en het kwekersrecht en daarmee verschillende commerciële en maatschappelijke belangen verenigen. De Europese Commissie heeft onlangs een eerste stap gezet op een symposium tijdens het Nederlandse voorzitterschap van de EU: voor het einde van het jaar komt er een nadere interpretatie van de biotech-richtlijn. Deze moet helderheid en rechtszekerheid bieden over het patenteren van natuurlijke eigenschappen op groenten en andere planten.