Sturen op duurzaamheid
Bonny Donders is afdelingshoofd Rijksinfrastructuur en plv. directeur bij de directie Openbaar Vervoer en Spoor van DGMo. De overstromingen, extreme hitte en bosbranden maakten indruk op haar afgelopen zomer. Bonny voelt de urgentie en onderschrijft de duurzame ambitie van IenW. Hoe ziet zij als afdelingshoofd haar rol om de duurzame doelen te bereiken? En wat is er volgens Bonny verder nodig om te verduurzamen?
"Bij OVS ben ik verantwoordelijk voor alle aanlegprojecten en -programma’s die wij in portefeuille hebben en die ProRail uitvoert. Daarnaast heb ik ook de omgevingseffecten in mijn portefeuille: trillingen, geluid, stikstof en biodiversiteit. In mijn werk kom ik duurzaamheid dus vanzelf tegen.
Ik heb de luxe dat ProRail hoge duurzame ambities heeft. De gesprekken gaan erover hoe we dat samen vormgeven, ik hoef ze niets op te leggen. ProRail geeft eerder aan dat ze door ons wat meer uitgedaagd willen worden in de aansturing van de projecten. Daar schrok ik van, het zal me toch niet gebeuren dat ik ze als opdrachtgever niet genoeg uitdaag!
Als je de beelden ziet van de overstromingen in Duitsland, België en Limburg en de vele bosbranden over de hele wereld, voel je de urgentie. Internationaal en nationaal zijn er grote duurzame ambities. Bij IenW hebben we niet voor niets de strategie KCI (klimaatneutrale en circulaire infra –red). Voor mij staat het als een paal boven water dat duurzaamheid een integraal onderdeel is van de spoorinfrastructuur, net als veiligheid. Wij staan als IenW voor een duurzaam, veilig en bereikbaar Nederland. Dit bereiken we niet door met elkaar achterover te leunen en naar een ander te kijken.
Maar ik geef toe dat als ik op dit moment in mijn afdelingsoverleg vraag hoe het zit met bijvoorbeeld ons afwegingskader, dan waarschijnlijk niet iedereen meteen weet waar ik het over heb. Ik wil samen met mijn medewerkers aan de slag om te kijken hoe we ProRail meer kunnen uitdagen.
"Het zal me toch niet gebeuren dat ik ze als opdrachtgever niet genoeg uitdaag! "
Kennis delen is daarvoor belangrijk. Er is een clubje binnen de directie dat bestaat uit mensen van beleidsvorming, van beheer en onderhoud én collega’s die in projecten acteren. Zij hebben meer kennis dan de gemiddelde OVS’er, op basis van hun ervaring en door hun eigen enthousiasme. Daar liggen kansen. Ik streef ernaar dat elke medewerker van de afdeling die kennis standaard in zijn repertoire heeft. En vergeet niet de deskundigheid bij RWS en bij DGMI, die kunnen we net zo goed aanboren. De Expertkaart die programma Duurzaam IenW heeft gemaakt kan ook weer handvatten bieden. Die moet dan wel worden bijgehouden en het is ook van belang wat te organiseren voor de experts zodat zij op hun beurt weer gevoed worden. Zo ontstaat er een samenhang over afdelingen en onderdelen heen. En volgens mij maakt die onderlinge kruisbestuiving het werk alleen maar leuker. Ik wil de medewerkers van mijn afdeling triggeren om bijvoorbeeld op intranet te gaan zoeken naar contactpersonen met kennis van zaken over de diverse duurzame onderwerpen. Mijn oproep aan andere afdelingshoofden én aan medewerkers is: doe wat met al die kennis!
Er zijn ontzettend veel pilots gedaan waar we van hebben geleerd. Maak daar gebruik van. Er is ook heel veel aan instrumentontwikkeling gedaan. Het dashboard Duurzaam IenW bijvoorbeeld, dat is weliswaar meer op wegen geënt, maar daar zitten heel veel elementen in die je ook voor spoor kunt gebruiken. Met het dashboard moeten we als IenW echt doorgaan en het actueel houden. Nu gaat het om cijfers en feiten, ik zou in de toekomst graag zien dat er namen aan gekoppeld worden, omdat ik meer ben meer van het gesprek voeren. Daarnaast moeten de duurzame thema’s steeds in de diverse gremia aan de orde komen om ‘top of mind’ te blijven, dus ook bijvoorbeeld in afdelingsoverleggen en in DT’s. Daar zijn wij zelf bij.
Klein maken en afpellen
Om verduurzaming goed op te pakken, helpt het om te benoemen waar je precies mee bezig bent. Ik vind het weleens ingewikkeld dat ik nu eens in een overleg zit over emissieloos bouwen, dan weer in een stuurgroep duurzaam opdrachtgeven en dat het ook nog gaat over biodiversiteit en leefbaarheid. Het heeft allemaal met elkaar te maken, maar het is niet hetzelfde. Soms helpt het om het grote begrip duurzaamheid heel klein te maken en af te pellen: wat is het onderdeel waar we nú mee aan de slag willen? Dat is een tip, voor afdelingshoofden en net zo goed voor medewerkers. Of je met biodiversiteit bezig bent of met circulariteit, dat zijn onderwerpen van hele andere orde. Als je dat scherp hebt, kan het helpen om van daaruit de juiste mensen erbij te betrekken en stappen te zetten. Door het klein te maken, creëer je duidelijkheid."