Tekst Reitze de Graaf
Foto Govert Verberg.
In juni kondigde IenW-minister Mark Harbers aan dat het maximum aantal vluchten op Schiphol teruggebracht moet worden naar maximaal 440.000 per jaar.
Dit kabinetsbesluit komt voort uit het coalitieakkoord, waarin werd gesteld dat de belangen van de luchtvaartsector, van de omwonenden en van milieu beter op elkaar afgestemd moeten worden. Het besluit ligt er, maar moet nog verder worden uitgewerkt. Dat doen de collega’s van de nieuwe programmadirectie Omgeving Luchthaven Schiphol samen met betrokken stakeholders. Lidia Palm-Van Heest en Jelle van Oosterom werken bij deze nieuwe directie.
Lidia Palm-Van Heest: “Het woord ‘omgeving’ in de naam van onze programmadirectie is belangrijk. We werken aan een toekomstbestendige luchthaven en kijken daarbij nadrukkelijk ook heel stevig naar de belangen van omwonenden. We werken met het programma aan de verbetering van de leefomgevingskwaliteit rondom Schiphol. Dat doen we door de vermindering van het aantal vluchten. Maar we stellen ook een gebiedsagenda op, die ons helpt om goede keuzes te maken in het belang van de sector èn de omwonenden.”
Jelle van Oosterom: “Het is een historisch besluit om het aantal vluchten op Schiphol terug te brengen. Echt een erkenning van het kabinet dat er een omslag nodig is. Het coalitieakkoord heeft het over een balans tussen de voordelen en de nadelen van luchtvaart. Die balans is in de loop der jaren scheefgegroeid.”
Het Programma Omgeving Luchthaven Schiphol is opgericht om de complexe opgaven van Schiphol en in het gebied rond de luchthaven met elkaar in samenhang te brengen, en de besluiten die daarvoor nodig zijn te organiseren. Het zijn vooral vraagstukken rond stikstof, geluidshinder en leefomgevingskwaliteit van het gebied rond de luchthaven, in combinatie met andere grote nationale opgaven in de regio.
In 2008 werd aan de zogeheten Alderstafel een akkoord gesloten tussen de luchtvaartsector en omwonenden. Daarin werd afgesproken dat als vliegtuigen stiller zouden worden, Schiphol die ruimte mocht gebruiken voor meer vluchten. Want stillere vliegtuigen zorgen immers voor minder overlast. Onder die voorwaarde kon Schiphol groeien naar 500.000 vluchten per jaar.
Jelle wijst erop dat tafelvoorzitter Hans Alders achteraf zelf niet helemaal tevreden was. “In een brief aan de minister van januari 2019 gaf Alders aan dat de winst van stillere vliegtuigen is overschat. Want de ruimte die door de stillere vliegtuigen ontstond, werd ingevuld met extra vluchten, waardoor omwonenden het niet als stiller ervoeren.”
De huidige situatie kenmerkt zich door veel overlast voor omwonenden, en door onduidelijkheid over toekomst voor zowel de sector als de omwonenden. Daarbij lukt het de partijen niet meer om onderling tot een akkoord te komen. Dat maakt dat regie vanuit de overheid noodzakelijk is om tot een betere balans te komen en een toekomstperspectief voor alle partijen.”
Begin van de zomer kondigde minister Mark Harbers aan dat het aantal starts en landingen terug moet naar 440.000 per jaar om die balans te herstellen. Hoe is dat getal tot stand gekomen?
Lidia: “In dit kabinetsbesluit zijn alle belangen gewogen. Hoe gaan we om met de omwonenden die hinder ervaren? En we hebben uiteraard ook gekeken naar de economische kant van de luchthaven: hoeveel vluchten zijn er nodig om de netwerkkwaliteit op orde te houden. Een netwerk dat ons goed verbindt met belangrijke plekken wereldwijd.”
Jelle: “Omwonenden vinden dat het nog wel minder kan. Maar wat we beslist niet willen is op een te laag aantal vluchten uitkomen, en zo de hubfunctie van Schiphol kwijtraken. Want als je die eenmaal kwijt bent, is de kans dat die terugkomt extreem klein. Zoals de minister ook heeft aangegeven is het geen exacte wetenschap, dus het zou kunnen dat het cijfer lager had gekund. Maar als je te scherp aan de wind zeilt, loop je kans om om te slaan.”
Stappen zetten
Het kabinetsbesluit ligt er, maar daarmee is de vermindering nog niet gerealiseerd.
Daarvoor moeten nog stappen worden gezet. Lidia: “De eerste stap is loslaten van anticiperend handhaven per november 2023. Dat betekent dat Schiphol de bestaande geluidsnormen niet langer mag overschrijden. Daarmee zetten we een belangrijke stap in het herstellen van de rechtspositie van omwonenden. Zij weten weer waar ze op kunnen rekenen. De luchtvaartsector moet zich houden aan het Luchthavenverkeerbesluit van 2008.”
Lidia: “De tweede stap die we vervolgens nemen, is het vastleggen van de 440.000 vluchten in de wetgeving. Daarvoor volgen we de zogenoemde Europese Balanced Approach procedure. Afgewogen benadering in het Nederlands. Je mag als EU-lidstaat niet zomaar grenzen opleggen aan de luchtvaartsector. Europese regels schrijven voor dat je die begrenzing moet onderbouwen, en moet laten zien dat je alle belangen hebt gewogen. Begin 2023 beginnen we daarom met de consultatie van alle stakeholders. We verwachten de wet- en regelgeving in te voeren in november 2024.”
Van aantal vluchten naar normering
Daarmee is het proces nog niet afgerond. Lidia: “In de Kabinetsbrief staat dat de aangekondigde vermindering naar 440.000 vluchtbewegingen geldt over een periode van 5 jaar. Daarna willen we niet meer sturen op vluchten, maar op milieunormen. Waarbij het uitgangspunt is dat het voor omwonenden telkens wat beter wordt. Worden vliegtuigen stiller, dan komt er ruimte voor de luchtvaartsector om te ontwikkelen. Maar het voordeel daarvan moet voortaan ook deels terecht komen bij omwonenden. Zodat hun overlast merkbaar blijft afnemen.”
“We willen dit in nauw overleg met de omgeving opstellen. Dus we gaan ideeën ophalen bij Schiphol, bij de luchtvaartbedrijven en bij omwonenden”. Jelle vult aan: “Het is belangrijk om dit zorgvuldig te doen. Zo willen we de normen waarmee we meten, beter laten aansluiten op de beleving van de geluidsoverlast. We willen hier natuurlijk snel stappen in zetten, maar het is belangrijk dit samen met de stakeholders te doen en dus ook weer niet te overhaasten.”