Tekst Emma Cats
Michel Rentenaar is een ware veiligheidsdiplomaat. Hij heeft veel interessante plaatsingen gehad, onder andere in Jemen, Afghanistan en Irak. Momenteel is hij plaatsvervangend ambassadeur bij de permanente vertegenwoordiging van Nederland bij de NAVO (PV NAVO) in Brussel. Zijn tijd daar zit er bijna op. Hij keert namelijk weer terug naar Irak, ditmaal als ambassadeur met als standplaats Bagdad! Deze nieuwe aanstelling zagen wij als uitgelezen kans om Michel een aantal vragen te stellen. Hoe heeft hij zijn tijd ervaren bij de NAVO? En hoe bereidt hij zich voor op zijn plaatsing in Irak?
"Leestijd 3 minuten"
Michel krijgt tijdens zijn eerste beoordeling bij het ministerie van Buitenlandse Zaken van zijn leidinggevende te horen dat hij een best aardige diplomaat is, maar dat hij niet is gemaakt voor de ‘Court of St. James’. Wat deze term betekent, moest Michel toentertijd zelf ook even opzoeken: dit is de bijnaam van de Britse diplomatieke dienst. Oftewel, Michel is niet het type diplomaat voor de plekken Rome, Parijs en London. “Dit vond ik niet erg. Ik was de eerste man, en waarschijnlijk nog steeds de enige, die het klasje door is gekomen met een oorbel”. Dat Michel zich tot een ware veiligheidsdiplomaat heeft ontpopt hing volgens hem ook af van toeval. Tijdens zijn eerste plaatsing in het buitenland, namelijk Jemen, breekt de burgeroorlog uit. “De evacuatie werd meteen ingezet. Ik merkte dat ik hier aanleg voor had. Ik bleef stabiel in crisissituaties”. Ook merkt Michel terecht op dat (gelukkig) niet alle BZ’ers hetzelfde zijn. “Mensen zijn goed in verschillende dingen, ook in dit werk komt dat naar voren. We hebben allerlei soorten diplomaten, en ook het soort waar ik mij lekker bij voel”.
Nu is Michel plaatsvervangend vertegenwoordiger bij de PV NAVO. Hier komen ander soort uitdagingen bij kijken dan op plekken zoals Jemen en Irak. Momenteel is de opmerkelijke leiderschapsstijl van de Amerikaanse president volgens hem een van de uitdagingen waar de NAVO voor staat. Dit heeft het bondgenootschap nog ingewikkelder gemaakt. “Onderhandelen ben ik wel gewend, maar om nu in multilaterale omstandigheden het beste voor Nederland eruit te slepen, is pittig! Dit is soms topsport”. De ingewikkeldheid van het bondgenootschap komt mede doordat ieder besluit met consensus genomen moet worden. Dit weerspiegelt echter ook de eenheid van de NAVO. Michel geeft aan dat dit zowel de zwakte als de kracht van het bondgenootschap is. “Eenheid maakt de NAVO sterk, maar zet het bondgenootschap ook onder druk. Het kan eindeloos lang duren om tot een beslissing te komen, maar als die er eenmaal is, is de NAVO een krachtige machine.” Dit illustreert Michel aan de hand van een actueel voorbeeld. “De bekende NAVO-spreuk ‘één miljard burgers kunnen vertrouwen op de NAVO voor hun veiligheid’ kwam ineens in een ander daglicht te staan toen die persoonlijke veiligheid bij de voordeur leek op te houden omdat de buurman mogelijk een dodelijk virus droeg.” Michel geeft dan ook aan dat aan het begin van de coronacrisis de NAVO zoekende was naar de eigen rol. Overal zag je namelijk dezelfde reacties opkomen: angst, stress, de eigen bevolking eerst en grenzen dicht. “Op een gegeven moment kwam de NAVO-solidariteit naar boven: toen bleek al snel dat de NAVO uitermate geschikt was om verschillende benodigdheden van A naar B te krijgen.”
Michel’s tijd bij de NAVO zit er bijna op. Deze zomer keert hij terug naar Irak. In 2003 kwam Michel in Irak als politiek adviseur van het eerste Nederlandse bataljon. Dit keer wordt hij de Nederlandse ambassadeur in Bagdad. “Ik heb een waanzinnige en interessante tijd gehad bij de NAVO, maar ik heb zoveel zin om weer buiten te gaan spelen!”. Michel geeft aan grote verschillen aan te zullen treffen ten opzichte van de vorige keer dat hij geplaatst was in Irak. Sommige dingen zullen hem echter wel bekend voorkomen. “Ik kom aan in augustus en dan is het 55 graden in Bagdad. Die muur van hitte die op je afkomt zal ik zeker herkennen. Dat zal een gevoel van herinneringen opbrengen.” Michel heeft de gehele tijd zijn netwerk van mensen die zich bezighouden met Irak onderhouden. Verder is hij momenteel ook zijn Arabisch weer aan het aanpassen aan het Iraakse accent. “Ik ben zelf Amsterdammer. Qua taal moet je het zien als het verschil tussen het Amsterdamse dialect en Maastricht, en daar dan nog een stuk voorbij.” Ook overlegt Michel al een aantal keer per week over Irak via verschillende fora, bijvoorbeeld in de corona-talks van de beroemde Iraakse Blogger Mosul-Eye (die momenteel een PhD doet aan Sciences Po in Parijs). Qua getroffen voorbereidingen zit het wel goed. “I will hit the ground running”.