Tekst Redactie
Hij werkt nu 2,5 jaar als diplomaat in New York waar hij de belangen van Nederland behartigt in de Verenigde Naties (VN) op het terrein van terrorismebestrijding en het voorkomen van gewelddadig extremisme. Daar probeert Bo-Joe Brans onder andere resoluties van de Veiligheidsraad en de Algemene Vergadering te beïnvloeden en samenwerking te versterken met VN-organisaties, lidstaten en maatschappelijke organisaties voor deze mondiale strijd. Hoe gaat het hem daar af?
Leestijd: 5 minuten
Je werkt op een plek waar 193 lidstaten de VN agenda proberen te beïnvloeden, met grote machthebbers en geopolitieke spanningen, en dat in tijden van COVID-19. Een hele kluif. Hoe ervaar jij dit?
“Het klopt dat het niet altijd makkelijk is geweest. Zoals heel veel mensen deed ik met name het eerste jaar gedurende de COVID-pandemie alles vanachter een beeldscherm. Ik herinner de surrealistische lege straten van New York [waar ik eens in een fotoshoot belandde, zie foto]. Ik prijs me echter gelukkig dat New York in vergelijking met Europese steden alweer vrij snel open ging en dat online eigenlijk ook nog veel mogelijk was. Gelukkig hebben we ondanks de situatie veel weten te bereiken.”
“Zo gingen er een aantal belangrijke onderhandelingen gewoon fysiek door – ondanks zware social distancing regels. Bijvoorbeeld de onderhandelingen over de herziening van de internationale contraterrorisme strategie van de VN (UN Global Counterterrorism Strategy) afgelopen jaar. Dit is misschien wel het belangrijkste internationale document op het gebied van contraterrorismebeleid voor alle VN lidstaten – en bevat meer dan 100 “paragrafen” waarover vier maanden is onderhandeld. Daarin staan afspraken tussen lidstaten, maar ook richtlijnen, om terrorisme en radicalisering tegen te gaan. Het ging er af en toe hard aan toe, waarbij landen als Rusland en China zo min mogelijk van mensenrechten en betrokkenheid van het maatschappelijk middenveld wilden hebben.”
“Het kwartje is uiteindelijk onze kant op gevallen door succesvolle onderhandelingen van Nederland en onze gelijkgezinde partnerlanden, denk aan de landen in de EU. Cruciaal daarbij bleek ook het aangaan van partnerschappen met niet-Westerse landen. Daar dient het New Yorkse speelveld, met aanwezige permante vertegenwoordigingen van alle 193 landen in de wereld, zich perfect voor en daar haal ik persoonlijk ook veel motivatie uit."
"Van een koffiewandeling met mijn Duitse collega waar we het over onderhandelingstactiek hebben; of een belletje waarin we klagen over virtueel bellen met mijn Egyptische collega en het vervolgens hebben over mogelijke compromisteksten van een resolutie, tot een rondje fietsen of gewoon een borrel met collega’s van over de hele wereld: het hielp. Want het aan boord krijgen van landen die een impact kunnen hebben in hun eigen regio bleek cruciaal. Zoals Mexico in de Zuid-Amerika groep, Tunesië in de groep Islamitische landen en Indonesië in Azië. Zo werden Rusland en Russische ‘vrienden’ geïsoleerd en hebben we meer richting kunnen geven op het gebied van mensenrechten, humanitair recht, gender, lokale samenwerking, en voor de vervolging, rehabilitatie en re-integratie van terroristische strijders en hun gezinnen.”
De VN wordt vaak bekritiseerd over het gebrek aan daadkracht en zo te horen gaat het vaak om veel werk over de papieren werkelijkheid van resoluties. Hoe zie je de verhouding van jouw werk en uiteindelijke impact in de realiteit?
“Dat vraag ik me soms ook wel eens af, met name na urenlange sessies over punten en komma’s in een resolutie. De VN voelt daarnaast inderdaad, mede door de huidige geopolitieke verhoudingen en veto’s, soms als niet vooruit te branden. En zijn er genoeg momenten dat het lijkt alsof het onmogelijk is om iets voor elkaar te krijgen.”
“Gelukkig merk ik veel vaker dat de VN een enorm belangrijke normstellende rol heeft, die richting geeft aan landen op belangrijke mondiale zaken en dat het hier in New York een geopolitieke marktplaats is voor het netwerken en smeden van relaties. Daarnaast is de VN een succesvolle uitvoerende organisatie met agentschappen als UNICEF en UNHCR die miljoenen mensen van hulp voorzien en met politieke- en vredesmissies die over de hele wereld actief zijn en stabiliteit brengen. Veel van de belangrijkste beslissingen over deze organisaties worden hier gemaakt én dus ook hier beïnvloed.”
“We hebben de VN gevraagd een groot project op te zetten in Irak voor de vervolging, rehabilitatie en re-integratie van terroristische strijders en hun gezinnen met de VN en Irak. We financieren dit project ook. Zo bestrijden we concreet een potentiële veiligheidsdreiging voor de regio. Je wilt voorkomen dat terroristen niet worden vervolgd, en tegelijk na hun gevangenisstraf het oude pad op gaan. Kortom: van een zaal vol diplomaten in New York tot een rehabilitatiecentrum in Irak.”
Je werkt veel samen met de VN en maatschappelijke organisaties om bepaalde kwesties of zaken hoger op de beleidsagenda te zetten zoals mensenrechten, de inclusie van het maatschappelijk middenveld, en het voorkomen van terrorisme en gewelddadig extremisme. Kun je een voorbeeld noemen van een specifieke samenwerking of project waar je het meest trots op ben?
“Het klopt dat we ons naast concrete thema’s als het tegengaan van terrorismefinanciering en reisbewegingen van terroristen, ons ook hardmaken voor zaken die soms als ‘soft’ worden gezien, zoals mensenrechten en het voorkomen van grondoorzaken van terrorisme.”
“Ik besef hoe belangrijk deze ogenschijnlijke “zachte kant” is. Want sommige van de huidige grootste misstanden in de wereld gebeuren onder het mom van contraterrorisme-beleid met een totaal gebrek aan aandacht voor mensenrechten. Denk bijvoorbeeld aan de vele Oeigoeren die onder de noemer van het tegengaan van extremisme in Chinese kampen vastzitten, of de inval van Rusland in Oekraïne die deels wordt gelegitimeerd om “de bloeddorstige terroristische neonazi’s in Oekraïne te bestrijden” (quote van Rusland in een recente Veiligheidsraad zitting) of tot slot de onderdrukking van journalisten en mensenrechtenverdedigers in landen die VN-lid zijn – zoals bijvoorbeeld Belarus.”
“In dat opzicht ben ik vooral trots op twee projecten die we hebben kunnen initiëren en het komende jaar mondiaal zullen worden uitgerold. Ten eerste hebben we samen met de VN Office of the High Commissioner for Human Rights (OHCHR) een project opgezet om modellen te ontwikkelen voor de naleving van mensenrechten in de strijd tegen terrorisme. Daarbij ondersteunt de VN landen die dit verder moeten naleven, maar steunt de VN ook maatschappelijke organisaties om landen daar op te verantwoorden."
"Ten tweede steunt Nederland een coalitie van mensenrechtenorganisaties om een groot mondiaal netwerk op te zetten met vertegenwoordiging bij de VN. Dit heeft als doel om onder andere lokale organisaties te ondersteunen die cruciaal zijn om gewelddadig extremisme te voorkomen op lokaal niveau, in steden en wijken, en dat samen met de lokale gemeenschappen te doen. Een band met de VN helpt om hun behoeften beter te begrijpen en steun vanuit de VN daarop aan te passen. Daarnaast kan het hen empoweren door een internationale stem te bieden wanneer er nationaal misstanden zijn.”
Lees het volgende artikel: Een gesprek met DGPZ: “De oorlog in Oekraïne maakt alles anders”