Foto Bart van Vliet
In elke editie van JenV Magazine een column van de hand van een van onze partners of medewerkers over de passie voor het vak. Dit keer Hans Brussaard, (senior) beleidsmedewerker DG Ondermijning.
Vorige maand stuurde minister Yesilgöz-Zegerius het plan van aanpak Drugssmokkel via Mainports naar de Kamer. De afgelopen twee jaar hebben we daar met uitstekende collega’s buiten en binnen JenV hard aan gewerkt. In een groot netwerk van partners (van lokaal tot internationaal, van publiek tot privaat, van operationeel tot strategisch) hebben we maatregelen uitgewerkt, waarmee we drugssmokkel flink willen terugdringen en onze logistieke knooppunten minder aantrekkelijk maken voor drugscriminelen.
In het proces om tot zo’n plan te komen zitten heel wat uitdagingen. Een belangrijke in mijn werk was het vinden van een goede balans tussen politiek en praktijk. Ik vond het best pittig om mijn tijd en aandacht evenwichtig te besteden aan politieke wensen en vragen enerzijds en behoeften en inzichten uit de praktijk anderzijds. Alleen als die zaken goed in balans zijn, kun je effectief adviseren en beleid maken. Zeker in een tijd van crises, nadruk op incidenten, behoefte aan grote snelheid en een overvloed aan Kamervragen en moties is die balans niet altijd makkelijk te vinden.
Toch maakt die dynamiek wel dat ik het ‘vak’ van beleidsmaker heel mooi vind. Voor de buitenwereld soms wat abstract en lastig te volgen, maar wel medebepalend voor hoe we maatschappelijke problemen aanpakken en hoe ons land wordt bestuurd.
Ons vak vraagt dan ook om een specifieke set aan vaardigheden: je moet de politieke realiteit kunnen doorgronden en daar snel en scherp over kunnen adviseren. Tegelijk moet je, zonder er zelf volop in te zitten, voldoende kennis van de praktijk opbouwen om problemen en knelpunten te begrijpen en deze te vertalen naar politiek agendeerbare oplossingen. Ik geniet ervan als dat lukt.
Ik zou ook wel willen dat we als beleidsmakers vaker naar buiten kunnen treden over wat we doen, hoe we dit doen en hoe de zaken feitelijk werken. Dat zou het inzicht in en begrip van ons werk enorm ten goede komen. Daarmee kunnen we ook wantrouwen of argwaan richting de ambtenarij wegnemen.
In dat kader zien we binnen het Directoraat-Generaal Ondermijning een mooie ontwikkeling, namelijk in de vorm van direct contact tussen Kamerleden en ambtenaren. Niet om politieke keuzes toe te lichten, maar om zaken feitelijk uit te leggen. Een soort technische briefing-light. Onze minister heeft deze vorm van contact tijdens een recent commissiedebat nadrukkelijk in de aanbieding gedaan. Wat mij betreft een heel goede beweging. Ook voor onze partners, om complexe onderdelen van het werk te verhelderen. Dat kan de politieke besluitvorming alleen maar ten goede komen.
Ik hoop dat het ook een beetje kan bijdragen aan betere verhoudingen tussen politiek, maatschappij, media en ambtenarij. Al zullen we daarvoor wellicht ook technische briefings-light aan talkshowtafels nodig hebben… Wij blijven ons werk in ieder geval met passie doen!
Stokje doorgeven
Ik geef het column-stokje graag door aan Niels van der Sanden, plv. sectorhoofd van de Zeehavenpolitie in Rotterdam. Mijn vraag aan hem zou zijn of hij iets kan vertellen over zijn drukke, afwisselende en boeiende werk bij de Zeehavenpolitie. ♦