Tekst Machteld Scholten
Foto Josje Deekens
In deze rubriek van JenV Magazine volgt de redactie een collega tijdens een dagdeel van zijn of haar werkleven. Dit keer gaan we een dag mee met Malek Kariebo, digitaal wijkagent bij Basisteam Zuiderpark van de Eenheid Den Haag.
12.00 uur
Vandaag is het, zoals elke laatste donderdag van de maand, ‘Coppie koffie’: Malek en collega’s Jamie en Irene parkeren, samen met gemeentelijke handhavers Regilio en Dominique hun speciaal voor dit doel uitgeruste elektrische koffiekarretje op een strategisch punt in de passsage van de Leyweg. Een multifunctionele kar – ‘geleend’ van de Dienst Coördinatie Centrum - , met een ‘koffiebar´ achterin en aan de zijkanten twee uitschuifbare panelen met respectievelijk een Nintendo Switch en een schaakbord.
Malek: “Dit is onze laagdrempelige manier om met burgers uit de wijk in contact te komen. Het is een informele setting: mensen die misschien niet zo snel naar het bureau komen, spreken ons hier gemakkelijk aan.” Dat gebeurt meteen al. Terwijl de kar nog maar net staat loopt een vrouw op Irene af: “Er ligt de laatste tijd zoveel vuilnis voor de ingang van onze flat, kunnen jullie daar iets aan doen?” Irene vertelt hoe ze op de site van de gemeente een melding kan maken. Ook belooft ze het in de gaten te zullen houden tijdens haar rondes de komende periode.
12.30 uur
Malek installeert ondertussen de Switch. Er meldt zich een meisje dat de strijd met hem wil aangaan. Al gamend vertelt Malek over de politie, haar moeder luistert op een afstandje mee. Aan de andere kant van de kar begint Jamie met een potje schaak.
Het gamemeisje maakt plaats voor een paar jongens van een jaar of zestien. “Waar zitten jullie op school?“. Terwijl Mario Kart over het scherm racet, hebben Malek en de jongens het over hun toekomst. Malek vertelt achteraf: “Door zo samen te gamen, leg ik makkelijk contact met hen. Belangrijk, want zo weten zij mij straks makkelijk te vinden als het een keer nodig is. Bovendien krijgen ze een ander beeld van de politie: dat we er voor hen zijn, dat we niet alleen maar bekeuringen uitschrijven. Omgekeerd leer ik hen kennen, hoor ik wat hen bezighoudt en kan ik ingrijpen als ze de fout in dreigen te gaan. In verbinding zijn, dat is de rode draad in mijn werk en wat ik continu nastreef.”
12.45 uur
Er komen ook heftiger vragen binnen dan over overlast van vuilnis. Een oudere man in een scootmobiel laat Malek een verontrustend bericht zien op Facebook: hij wordt uitgemaakt voor pedofiel en wil het bericht van Facebook af hebben. Malek is op de hoogte van deze berichten en raadt de man aan contact op te nemen met Facebook om het bericht te laten verwijderen. “Als het vaker gebeurt, laat u het mij dan weten? U zou aangifte kunnen doen.”
13.00 uur
Dan iets van een heel andere orde: een jongen van een jaar of 17 worstelt met een dilemma: hij heeft zojuist gewonde duif op straat zien liggen. Wat moet hij doen? De Dierenambulance bellen? Het beestje laten liggen? Malek en de jongen hebben er een serieus gesprek over via Whatsapp. De jongen besluit uiteindelijk niets te doen, hij is bang dat de Dierenambulance de duif uit zijn lijden zal verlossen. Dat vindt hij toch te moeilijk. Even later komt de jongen ook nog even langs bij de koffiekar voor een potje Mario Kart en een gesprek.
14.00 uur
Tussen de bedrijven door vertelt Malek over zijn rol als digitaal wijkagent: “Anders dan voor de ‘fysieke wijkagent’, die zichtbaar op straat aanwezig is, bevindt mijn werkgebied zich voor een groot deel op internet. Ik kijk online wat mensen wat bezighoudt op social media en ik weet wat er online speelt in de vier wijken in ons basisteam. Dat deel ik met mijn collega’s. Sowieso ben ik voor alle collega’s van het basisteam een vraagbaak als het gaat om digitale zaken. Daarnaast geeft ik voorlichting aan burgers over alles wat met internet te maken heeft: over phishing mails en andere vormen van cybercriminaliteit, over hoe belangrijk het is sterke wachtwoorden te gebruiken, over het veilig gebruiken van social media, noem maar op. Dat doe ik door voorlichting te geven op scholen en buurthuizen, maar ook door uitleg te geven in video’s die ik zelf op social media plaats. En natuurlijk tijdens mijn contacten met mensen, zoals vandaag bij de koffiekar.
15.00 uur
Terwijl de collega’s op het punt staan de koffiekar af te breken, komt er nog een jongetje van een jaar of vijf dat met Malek een potje wil gamen. Heel serieus vertelt hij dat hij later bij de Marechaussee wil. Maar wel bij de ‘speciale politie’ Marechaussee. “Oh, je bedoelt de Bijzondere Bijstands Eenheid! Goed man!” Ondertussen laat het mannetje zijn Pokemon Pokedex zien en kijken de ouders van het mannetje op afstand trots toe.
16.00 uur
Terug op het bureau is het tijd voor de debriefing, met een bakje verse kibbeling. Malek: “Sinds we gestart zijn met de koffiekar, bespreken we na afloop hoe het is gegaan. Wat heeft het opgeleverd? Zijn er verbeterpunten?” Malek, Jamie en Irene zijn het erover eens: de opbrengst was goed vandaag. Irene heeft concrete vragen uit de wijk waar ze mee aan de slag gaat – onder andere van een vrouw die mogelijk slachtoffer is van huiselijk geweld - en Malek en Jamie hebben de banden met bewoners kunnen aanhalen. Al napratend zien de collega’s mogelijkheden om – naast de gemeentelijke handhavers – ook andere ketenpartners bij het project te betrekken.
16.45 uur
Tijd om de wijk in te gaan. In de auto vertelt Malek hoe belangrijk de nauwe banden zijn die hij onderhoudt met partners, zoals het jongerencentrum waar we nu naar toe rijden: “Zij organiseren allerlei activiteiten voor jongeren en staan goed in verbinding met hen. Als het nodig is weten zij mij te vinden; de lijntjes zijn kort. Net zoals met de gemeentelijke handhavers: zij zijn zelfs in ons bureau gevestigd en we pakken veel projecten samen op. Dat moet ook wel in een wijk als deze. Er is hier veel armoede, er zijn veel overlastgevende jongeren en er is veel drugsproblematiek. Samenwerken is dan echt nodig; we kunnen dit niet alleen.”
17.10 uur
We komen aan bij Wijkcentrum Moerwijk. Jongerenwerker Jamal zit met een groepje pubers in zijn kantoor. Vanavond krijgen ze een training over omgaan met stress. “We laten ze met Virtiual Reality brillen op over een randje lopen. Zo kunnen ze zelf ervaren wat stress met hen doet. We proberen ze meer zelfvertrouwen te geven en hun onderlinge band te versterken.” Met die band zit het trouwens wel goed: het geld dat ze laatst hebben ingezameld met een sporttoernooi hebben ze gedoneerd aan een project voor een waterput in Pakistan. Malek kent een aantal van de pubers en informeert losjes hoe het met ze is. “Ook dit is weer een manier om contacten te leggen en te onderhouden.”
17.45 uur
Op naar een jongerencentrum in de Bentelostraat. Een groepje hangt met smartphone op de bank, anderen zijn aan het gamen, onder wie een jochie van een jaar of acht. Malek gaat ertussen zitten. Een van hen heeft net zijn rijbewijs en wil weten of hij als zeventienjarige mag rijden zonder begeleider. “Niet doen”, zegt Malek. “Je kunt zomaar je rijbewijs kwijtraken, dat wil je toch niet?” De jongen knikt instemmend. Ondertussen dolt Malek met de achtjarige die zit te gamen, een open en toegankelijk mannetje. Malek: “Deze jongen komt uit een eenoudergezin, met een hulpbehoevende broer. Met zijn acht jaar is hij eigenlijk al mantelzorger. Het gaat naar omstandigheden goed met hem, maar hij is beïnvloedbaar en het kan zomaar de verkeerde kant op gaan. Ik hou een oogje in het zeil, net als de medewerkers van dit jongerencentrum.
18.15 uur
Terug op het bureau voor de laatste activiteit van vandaag: ‘gamen met de politie en handhaving’ en een livestream op Twitch, vaste prik op donderdagavond. Handhaver Colin was al begonnen en speelt met een drietal jongeren Fortnite. Malek schuift aan en zit er meteen helemaal in. “Tijdens het gamen kunnen we met de deelnemers chatten en praten via onze headsets. Voor hen een mogelijkheid om van alles te vragen, voor ons een kans om te laten zien dat de politie benaderbaar is. Dat gamen doen we niet alleen op donderdagavond, we organiseren ook FIFA-toernooien, samen met de buurtcentra in onze wijk. Alles om een band op te bouwen met de jongeren. Dat is eigenlijk hoe mijn interesse voor de politie ooit begon: als vierjarige, net uit Syrië, keek ik op tegen de wijkagent die onze school bezocht en over de politie vertelde. En nu ben ik zelf die wijkagent, mooi toch? ♦