De aandacht voor de bodem is de laatste jaren wereldwijd toegenomen. Het ministerie van LNV is vorig jaar gestart met het nationaal programma landbouwbodems. Wereldvoedselorganisatie FAO was de motor achter het Internationaal Jaar van de Bodem in 2015. Ook de rol van de bodem bij het tegengaan van de klimaatverandering door het vastleggen van koolstof wordt breed erkend.

Onder leiding van de Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) riepen de Verenigde Naties 2015 uit tot Internationaal Jaar van de Bodem. Dat jaar had vooral het doel om het grote publiek bewust te maken van het belang dat de bodem heeft voor de mens. Behoud en zorg om de bodemkwaliteit komen ook prominent naar voren in de Sustainable Development Goals (SDG’s). Inmiddels bestaan er diverse wereldwijde initiatieven om de kennis over bodembeheer te versterken. Voorbeelden zijn het Global Soil Partnership (activiteit van de FAO) en 4 pour 1000 (Frans initiatief waarin aandacht voor het vastleggen van  koolstof in de bodem).

Minister Carola Schouten
Minister Carola Schouten

Bodembeheer in Nederland

De kern van de Nederlandse bodemstrategie die minister Carola Schouten van LNV in mei 2018 presenteerde, is duurzaam beheer van alle landbouwbodems in 2030. Dit moet de kwaliteit van de bijna 2 miljoen hectare landbouwgrond in Nederland garanderen voor de toekomst. In de Kamerbrief van april 2019 verwoordt de minister haar ambitie als volgt:

Duurzaam bodembeheer leidt tot een betere bodemvruchtbaarheid voor de landbouw en levert de samenleving duurzamer geteelde gewassen als basis voor duurzaam voedsel op, een betere waterkwaliteit en grotere waterbuffering, een grotere biodiversiteit en draagt bij aan de klimaatopgave. Maatregelen voor duurzaam bodembeheer zijn onder meer teeltplanoptimalisatie met robuuste rassen, vanggewassen en rustgewassen, minder of ondiep bewerken van de bodem, gebruik van lichtere machines en bemesten met organische stof van goede kwaliteit. Duurzaam bodembeheer draagt wezenlijk bij aan de kringlooplandbouw en het herstellen van de balans tussen landbouw en natuur; een van de belangrijke speerpunten van mijn beleid, zoals uitgewerkt in de LNV-visie ‘Waardevol en verbonden’.

LNV-visie Waardevol en verbonden
LNV-visie Waardevol en verbonden

Duurzaam beheer

Het nationaal programma landbouwbodems van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit is gericht op een duurzaam beheer van alle agrarische grond in 2030, totaal 1,85 miljoen hectare.

Duurzaam bodembeheer is goed voor de bodemvruchtbaarheid en dus voor de landbouwopbrengsten. Dit beheer heeft meer positieve effecten. Duurzaam beheerde landbouwbodems zijn namelijk beter bestand tegen klimaatverandering en ze zorgen voor schoner oppervlakte- en grondwater, een hogere biodiversiteit en vastlegging van koolstof.

Duurzaam bodembeheer speelt een hoofdrol in de transitie naar kringlooplandbouw. De kwaliteit van landbouwbodems staat onder druk door verdichting, teruglopend organische stofgehalte en gebrek aan bodemleven. Het bodemprogramma bevordert maatregelen om de bodemkwaliteit te verbeteren.

Het nationaal programma landbouwbodems loopt langs vier sporen:

  • Kennis: ontwikkelen en vervolgens verspreiden onder boeren,
  • Beleid: impulsen vanuit het beleid, bijvoorbeeld via het nieuwe EU-landbouwbeleid en het pachtbeleid,
  • Agroketens: innovaties in de agroketen om duurzaam bodembeheer aantrekkelijk te maken, bijvoorbeeld ontwikkeling van lichtere landbouwmachines,
  • Regionaal: versterking van initiatieven in de regio ten behoeve van beter bodembeheer.

Meer informatie:

LNV financiert Europees bodemonderzoek

De verduurzaming en verbetering van het bodembeheer in de Europese landbouw kreeg begin dit jaar een impuls met de start van het ‘European Joint Programme on Agricultural Soil Management’, kortweg EJP SOIL. Het programma wordt geleid door INRAE uit Frankrijk en Wageningen University & Research. Met resultaten van het EJP SOIL kan het bodembeheer in de landbouw in heel Europa worden verbeterd en verduurzaamd. Dit draagt bij aan het realiseren van belangrijke maatschappelijke uitdagingen, zoals aanpassing aan klimaatverandering en voedselzekerheid.

Voor het project is 80 miljoen euro beschikbaar en het wordt aangestuurd door een consortium bestaande uit 26 partnerinstituten uit 21 EU-landen en Noorwegen, IJsland en Turkije. Voor Nederland is het ministerie LNV eigenaar van het programma. Net als andere lidstaten van de EU financiert LNV mee aan de uitvoering. WUR is door LNV aangewezen als programmamanager. Het programma heeft een looptijd van 5 jaar. Het totale budget is 80 miljoen euro, waarvan 40 miljoen vanuit de Europese Unie en 40 miljoen vanuit de lidstaten zelf.

Roadmap

In EJP SOIL is een zogenoemde ‘roadmap’ opgesteld, een kennisagenda voor klimaatslim en duurzaam agrarisch bodembeheer. De roadmap heeft vier componenten:

  • Kennisontwikkeling via samenwerkingsprojecten in Europa.
  • Kennisdeling en -overdracht door opleiding van jonge onderzoekers, het vergroten van het algemene publieke bewustzijn en het bevorderen van maatschappelijk begrip en waardering van agrarisch bodembeheer en de bijdrage daarvan aan de samenleving.
  • Kennisharmonisatie van opslag, organisatie en rapportage van bodemdata.
  • Kennisoverdracht naar boeren door o.a. gezamenlijke ontwikkeling van adviessystemen.
     
Programma Global Soil Partnership
Programma Global Soil Partnership

Bodembeheer wereldwijd

Het ministerie van LNV is deelnemer aan het Global Soil Partnership (GSP), een initiatief van de FAO. Het partnership bestaat onder meer uit overheden, onderzoeksinstituten wereldwijd en NGO’s. Het GSP zet zich in voor:

  • Bevorderen van duurzaam beheer van de bodem en bodembescherming.
  • Stimuleren van investeringen, technische samenwerking, beleid, educatie, bewustwording en advisering.
  • Stimuleren van gericht bodemonderzoek en -ontwikkeling.
  • Vergroten van de kwaliteit en de beschikbaarheid van bodemdata.
  • Harmonisering van methoden, maatregelen en indicatoren voor duurzaam bodembeheer.

Daarnaast organiseert het GSP jaarlijks de Dag van de Bodem op 5 december. In 2019 was er tijdens de dag aandacht voor bodemerosie.

Dit artikel kwam tot stand met medewerking van Hans Brand, beleidscoördinator FAO en multilaterale samenwerking bij het ministerie van LNV.