Tekst Tom Coppen
Foto US National Archive
Een Nederlandse delegatie was door het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken uitgenodigd voor een conferentie ter ere van het 50-jarige bestaan van het nucleaire Non-Proliferatieverdrag (NPV). Secretary of State van de VS Mike Pompeo betoogde hier gloedvol zijn steun aan het NPV. En dat in een tijd waarin de regering-Trump niet voorop loopt als het gaat om multilateralisme en internationaal recht. Waarom besteedt de VS zoveel aandacht aan het gouden jubileum van een wapenbeheersingsverdrag?
Leestijd: 3 minuten
De beginperiode van de NPV-onderhandelingen in de vroege jaren ’60 was, op zijn zachtst gezegd, turbulent. De VS en de Sovjet-Unie waren in een onderlinge nucleaire wapenwedloop verwikkeld, de Koude Oorlog bereikte een hoogtepunt tijdens de Cuba-crisis, en internationale ontwapeningsgesprekken waren zo vastgelopen dat de Warschau-pactlanden collectief wegliepen onder gescheld van Westerse collega’s. Daarbij begon een zorgwekkend aantal landen snel vorderingen te maken op het gebied van nucleair onderzoek, dat zeker niet altijd puur vreedzaam van aard was. President Kennedy voorspelde dat binnen afzienbare tijd wellicht tientallen landen kernwapens zouden bezitten – met alle mogelijke gevolgen van dien.
Het belang van de NPV
Dat dit nooit gebeurde, kwam doordat de supermachten hun geschillen tijdelijk opzij konden zetten om te onderhandelen over een verdrag dat de verspreiding van kernwapens moest stoppen. Dat was een ambitieus doel: kernwapens werden toentertijd gezien als het ultieme wapen, noodzakelijk voor de nationale verdediging, en golden bovendien als een prestigieuze technologie. Het NPV veranderde dit door landen de garantie te bieden dat hun buren, rivalen en vijanden niet zouden beschikken over dergelijke wapens. Dat bracht stabiliteit en verminderde internationale spanningen.
Het NPV was een ongekende doorbraak: nooit eerder gaven zoveel landen hun recht op om zulke vernietigende wapens te bezitten. Nog ongehoorder was het feit dat deze afspraken werden gecontroleerd door een onafhankelijke, internationale organisatie, het Atoomagentschap. 186 landen zworen sindsdien kernwapens af door toe te treden tot het NPV. Het is natuurlijk moeilijk in te schatten hoeveel wapenwedlopen, oorlogen of regionale conflicten dit heeft voorkomen, maar zeker is wel dat zonder het NPV onze huidige wereldorde niet had kunnen bestaan.
Tijdens de onderhandelingen eisten de deelnemers van kernwapenbezitters dat zij zouden toezeggen om hun eigen kernwapenarsenaal af te schaffen. Om die reden is het NPV tot vandaag de dag het enige verdrag dat deze kernwapenstaten verplicht tot nucleaire ontwapening. Wat Nederland op dit gebied allemaal doet, lees je hier. Daarnaast legt het verdrag de basis voor vreedzame internationale samenwerking op nucleair gebied. Dit gaat niet alleen over kernenergie, maar ook over nucleaire geneeskunde en verschillende nucleaire technieken die bijdragen aan de implementatie van de Sustainable Development Goals van de VN.
Dit betekent natuurlijk niet dat er geen werk aan de winkel is. Het NPV bestaat 50 jaar, maar kernwapens zijn de wereld nog niet uit. Tijdens deze conferentie herinnerde Nederland alle kernwapenstaten dan ook aan hun verantwoordelijkheid en riep landen op zich in te zetten voor solide nieuwe afspraken op het gebied van nucleaire ontwapening en non-proliferatie. Maar soms kan het geen kwaad om te kijken naar het verleden, om niet uit het oog te verliezen wat het nu precies is dat ons beschermt tegen kernwapens, en om lessen te trekken uit de diplomatie van 50 jaar geleden die ontelbare levens heeft gered.
Not a bad deal, indeed.