De jongste aanwas van het ministerie wordt gevormd door stagiairs en trainees. Stagiairs zijn studenten die drie maanden lang hun eigen onderzoeksproject doen op het ministerie. Trainees zijn collega’s met een starterbaan in een specifiek, tweejarig werktraject: eerst een jaar op het ministerie, vervolgens zes maanden op een andere plaats binnen de Rijksoverheid en tenslotte weer zes maanden bij IenW, maar dan in een andere functie.
‘Je leert veel, je krijgt kansen en er is ruimte voor eigen invulling,’ vat Tim van der Wel zijn ervaring samen. ‘Omdat je meerdere plekken afgaat, kun je een beetje proeven wat je leuk of minder leuk vindt.’
Als dit Jaarbericht verschijnt, is Tim na een jaar bij Kaderstelling en Control net verhuisd naar zijn volgende traineeplek. Net als Bram Schepers en Izziël Latour is hij financial trainee. Tim kwam er na zijn studie bestuurskunde en ruimtelijke economie achter dat banen bij een vastgoedinvesteerder en een ingenieursbureau niet echt iets voor hem waren. Na anderhalf jaar nam hij ontslag en tijdens het reizen, dat hij daarna ging doen, viel zijn oog op de vacature voor het financial traineeship. ‘Tijdens mijn sollicitatie zat ik nog in Spanje en bij terugkomst kon ik direct aan de slag.’
Bram heeft een bachelor internationale betrekkingen en een master in economische geografie. Hij solliciteerde in eerste instantie voor het Rijkstraineeship (‘het leek me hartstikke leuk om bij de overheid te werken’), maar toen dat niet doorging en hij tijdens de procedure werd gewezen op het financial traineeship, ging dat balletje wél rollen. Zo belandde hij bij de directie Financiën en Inkoop.
Izziël raakte geïnteresseerd in een startersbaan bij de Rijksoverheid toen zijn studie economie, bestuur en management (bestuurskunde) hem naar een stage op het Nederlands consulaat in San Francisco bracht. Hij trad, een aantal maanden na Tim en Bram, aan als financial trainee bij de directie Eigenaarsadvisering.
Je steentje bijdragen
‘Volgens mij zijn er maar weinig mensen die een traineeship doen terwijl ze al helemaal weten wat ze willen,’ zegt Tim. ‘Wie een traineeship doet, is meestal een beetje zoekende: wat wil ik nou, wat kan ik? Dat had ik zelf ook. Dit was voor mij een mooie kans om een kijkje in de keuken van de overheid te nemen en tegelijkertijd te worden opgeleid, veel mensen te leren kennen, leuke dingen te doen en bij te dragen aan de samenleving.’
Bram kon bij de afdeling Control meteen het takenpakket overnemen van een collega die net weg was. ‘Soms zien collega’s je alleen als de trainee,’ zegt hij, ‘maar je hebt wél gewoon dezelfde verantwoordelijkheid als elke andere medewerker.’
Zo moest Izziël al na een paar weken op zijn post de plaatsvervangend secretaris-generaal, samen met twee collega’s, adviseren over de begroting van één van de uitvoeringsorganisaties. ‘Ik schreef niet alleen de beslisnota,’ vertelt hij trots, ‘maar ook een goedkeuringsbrief namens de plaatsvervangend secretaris-generaal en de minister. Het is hartstikke leuk om zo je steentje te kunnen bijdragen.’
Uitdagende maatschappelijke vraagstukken
Na hun eerste traineejaar bij IenW zitten Tim en Bram vanaf maart 2023 bij het ministerie van Financiën. Bram: ‘Ik ga naar Begrotingsbeleid, daar kijk je meer naar de rijksbrede begroting. Als de begrotingsstukken in de Kamer worden behandeld, ondersteun je onder andere in debatten. Nu ben ik nog vooral cijfermatig bezig en daar zal het wat meer om de inhoud en de grote financiële kaders gaan.’
Tim: ‘Ik ga naar Buitenlandse Financiële Betrekkingen, waar ik me ga bezighouden met exportkredietverzekeringen en het beleid daarop. Dat gaat over risicoanalyse en gesprekken met bedrijven als Boskalis.’
Izziël gaat pas over een tijd naar zijn tweede traineeplek en is zich momenteel aan het oriënteren: ‘Op de Prinsjesdagborrel had ik een leuk gesprek met iemand bij Financiën met wie ik eens een kopje koffie ga drinken om te kijken wat er op dat ministerie mogelijk is.’
Stuk voor stuk geven ze wel aan in ieder geval te willen blijven. Izziël: ‘De komende jaren blijf ik mij graag inzetten voor het publieke belang. Zolang ik genoeg uitdagingen zie en leuke vacatures voorbij zie komen, zit ik echt hartstikke goed. Ik vind het heel leuk om aan het einde van de week tegen mijzelf en mijn vrienden te kunnen zeggen: ik heb mijn steentje bijgedragen aan het bereikbaar, veilig en mooi houden van Nederland. Daar zit echt mijn drijfveer. De maatschappelijke vraagstukken zijn uitdagend en complex. De diensten die wij leveren zijn echt belangrijk voor het land.’