Duurzaam transport in de reinigingsbranche: geen universele oplossing

Elektrisch reinigingsvoertuig

Vanaf 2025 gaat de reinigingsbranche alleen nog maar voertuigen aanschaffen op duurzame brandstof of zero-emissie. En vanaf 2030 moeten alle nieuwe reinigingsvoertuigen die aangeschaft worden zero-emissie zijn. Dat hebben de reinigingsbranche, gemeenten en het Rijk met elkaar afgesproken in het Convenant Duurzame Voertuigen en Brandstoffen in de Reinigingsbranche. Dit komt niet uit de lucht vallen. De reinigingsbranche is dagelijks bezig met duurzaamheid: zij zorgen ervoor dat afvalstromen op de duurzaamste manier verwerkt worden.

In februari 2022 organiseerde Rijkswaterstaat een webinar voor de reinigingsbranche waarin onderzoeksorganisatie TNO een beeld gaf van de huidige situatie rondom verduurzaming van reinigingsvoertuigen. Samen werd gekeken naar de toekomst als het gaat om voorkeuren van duurzamere aandrijftechnieken. Wanneer kies je voor een voertuig dat batterij-elektrisch rijdt, en wanneer is waterstof geschikter? Wat zijn de technische en financiële gevolgen als je besluit over te stappen op waterstof- of batterij-elektrische voertuigen? 

Daarnaast werd gekeken naar uitdagingen op het gebied van netcapaciteit, het bereik van de reinigingsvoertuigen en de laad- en tankinfrastructuur. Want hoe zorg je ervoor dat dit soort voertuigen de hele dag gebruikt kunnen worden en de actieradius geen beperking is? Kortom: allemaal praktische vraagstukken voor deze branche. 

DKTI-projecten binnen de reinigingssector
Tijdens het webinar presenteerde TNO de resultaten van hun onderzoek in vijf DKTI-projecten waarin reinigingsvoertuigen op zowel waterstof als batterij zijn getest. Ze testten hierbij op operationele inzetbaarheid, beschikbaarheid, kosten, ervaringen met laad- en infrastructuur en de invloed van de inzet van zero-emissie voertuigen op de planning en het onderhoud. Hierna worden de vijf projecten toegelicht. 

E-WASTE

E-WASTE: Hierin werd een e-afvalvoertuig gepresenteerd, waardoor eindgebruikers in staat worden gesteld een zo gunstig mogelijke levensduurcyclus en milieuprestatie te bereiken. De inzichten worden vastgelegd in een roadmap. 

Afvalvoertuig E-waste

H2WasteCollect

H2WasteCollect: Dit project gaf een kick-start aan de implementatie van zero-emissie (binnen)stad logistiek. Het creëerde draagvlak door de ontwikkeling en het testen van een zero-emissie afvalinzamelingssysteem op basis van hernieuwbare waterstof, dat wordt gegenereerd met energie uit (het biogene deel van het) afval.

Afvalvoertuig H2WasteCollect

H2GROw

H2GROw: Hierin werd de keten van hernieuwbare H2-productie, -distributie, -aflevering en -gebruik in H2-elektrische voertuigen in een realistische gebruiksomgeving (proeftuin) getest en gedemonstreerd.

Afvalvoertuig E-waste

Hy-4-EVER

Hy-4-EVER: Binnen dit project werd een waterstof hulpbrandstofcel aandrijfsysteem ontwikkeld. Er vond een pilot plaats om te demonstreren dat een range van 250 km bij een vuilniswagen mogelijk is zonder CO2-uitstoot.

Afvalvoertuig Hy-4-EVER

H2RenT

H2RenT: Hierin werden zes vuilniswagens gedemonstreerd op diverse locaties, gelinkt aan een bestaand waterstoftankstation of gebruikmakend van een mobiel waterstof vulpunt. Daarnaast werd door vijf bedrijven een onderhoudsprogramma voor vuilniswagens op waterstof uitgewerkt (aanpassingen werkplaats, opleiding personeel) en werd door E-Trucks een informatie- en opleidingscentrum voor vuilniswagens op waterstof uitgebouwd. 

Afvalvoertuig H2RenT

Bevindingen
Uit deze vijf projecten is gebleken dat er volop ontwikkeling is in de transitie van voertuigen die CO2 uitstoten naar zero-emissie voertuigen. Belangrijk is dat de zero-emissie wagens positief worden ontvangen: ze zijn minder luidruchtig, stinken niet en rijden fijn. 

Maar er zijn ook uitdagingen, zoals het zorgen voor tank- en/of laadinfrastructuur in de buurt, een beperkte actieradius en een beperking in hoeveelheid lading (payload) door de aanwezigheid van brandstofcelpakketten (waterstof) of batterijcellen (batterij). Ook moet rekening gehouden worden met nieuwe onderhoudsprocedures en veiligheidsvoorzieningen. 

Batterij-elektrisch of waterstof-elektrisch rijden
Een grote vuilniswagen de hele dag op de weg houden en maar één keer laden met een batterij is nog toekomstmuziek. In de meeste gevallen moet je tussentijds bijladen als je uitgaat van twee of drie routes per dag. Dat heeft gevolgen voor de rittenplanning. Er wordt hard gewerkt aan de ontwikkeling van voertuigen waarmee een hele dag gereden kan worden. Positief nieuws dus. Maar er is ook een keerzijde: volop elektrisch rijden vraagt om meer energie en drukt op het net. 

Daarom is er een alternatief: een voertuig op waterstof-elektriciteit. Deze technologie is nog wat minder ver doorontwikkeld dan batterij-elektrische voertuigen. Op dit moment blijft de beschikbaarheid nog achter en de aanschafkosten liggen hoger. Ook de beperkte aanwezigheid van waterstoftankstations kan uitdagingen opleveren in de uitvoering. TNO verwacht dat ook waterstofvoertuigen volwassen zullen worden, waardoor aanschafkosten dalen en het laadvermogen stijgt. Dan is het een aantrekkelijk alternatief ten opzichte van een dieselvoertuig.

Het is moeilijk om te kiezen voor een duidelijke favoriet. De inzet van batterij- of waterstof-elektrisch is afhankelijk van verschillende factoren. TNO gaf de volgende adviezen. 

  1. Zet een batterij-elektrisch inzamelvoertuig in waar dit, wat betreft planning, benodigde batterijgrootte en energievoorziening haalbaar is. Concreet betekent dit dat: 
  • Het batterijsysteem er niet voor zorgt dat er veel minder afval geladen kan worden op het voertuig (waardoor meer voertuigen en personeel nodig zullen zijn);
  • Het tussentijds opladen niet veel meer tijd kost dan de functionele wachttijd (zoals pauzes);
  • De benodigde laadinfrastructuur technisch, economisch en op tijd kan worden ingericht.


2. Zet een inzamelvoertuig op waterstof in als:

  • Er niet aan de hiervoor genoemde voorwaarden voor inzet van een batterij-elektrisch inzamelvoertuig kan worden voldaan, of;
  • De waterstof zo voordelig kan worden aangeschaft en gebruikt, dat deze gunstiger uitkomt als je dit vergelijkt met een batterij-elektrisch voertuig;
  • Een reinigingsbedrijf geen aanpassing wil in de infrastructuur of rittenplanning als het gaat om een op een vervanging van dieselvoertuigen. 

Tijdens het webinar gaf TNO een aantal tips als het gaat om de keuze voor zero-emissie voertuigen in de reinigingsbranche (zie slide 45 in de presentatie).
 

Opladen elektrisch reinigingsvoertuig

Geen pasklare oplossing
TNO concludeerde dat wanneer aan alle voorwaarden voor een elektrische infrastructuur voldaan kan worden, de batterij-elektrische oplossing kostentechnisch een betere keuze is dan een waterstof-elektrisch reinigingsvoertuig. Wanneer niet aan al deze voorwaarden voldaan kan worden, dan is een waterstof-elektrische oplossing wel relatief snel in te passen. De belangrijkste conclusie van het webinar is dat er niet één oplossing is voor de transitie naar zero-emissie reinigingsvoertuigen. De eerste ervaringen leren dat een combinatie van beide technologieën uiteindelijk nodig is.

De volledige presentatie van TNO is online te bekijken.