Tekst Magda de Vetten
Foto Kick Smeets illustratie: Marco Faasen

VWS ligt ongekend zwaar onder vuur. Sinds de uitbraak van het coronavirus is sprake van een bijna onafgebroken stroom kritiek op het ministerie en de bewindslieden. Hoe is het om in deze tijd bij VWS te werken?

Foto van Sabrina van Miltenburg thuis voor een zachtgroene muur met verschillende schilderijen / fotolijsten
Sabrina van Miltenburg, MT-lid bij de Jeugdautoriteit
Foto van Sabrina van Miltenburg zittend op de keukentafel

‘Bekenden hadden medelijden met me’

“Ik ben nu 22 jaar ambtenaar en, tenzij je in dienst bent bij het ministerie van Cadeautjes Uitdelen, werk je met onderwerpen waar in de maatschappij verschillende meningen over zijn. Ga je linksom, dan zeggen sommigen dat je rechtsom moet. En andersom.

Bij kritiek op mijn organisatie kon ik in andere banen steeds uitleggen waarom dingen gaan zoals ze gaan. En voor welke keuzes je staat. Dat is nu lastiger in de coronacrisis, omdat ik er verder van af sta. Besluiten moeten razendsnel worden genomen en zijn ook voor mij niet transparant. Bijvoorbeeld waarom een zelftest tegenwoordig een alternatief is voor een coronatest bij de GGD. Ik wil dan graag weten wat de motivatie daarvoor is, met liefst een link op vws#Net naar een wetenschappelijke rapport als onderbouwing. Dan kan je dit met de gebruikte argumenten uitleggen, ook al ben je het er soms misschien niet mee eens.

Door gebrek aan inside information en ‘wandelganggesprekken’ heb ik mij voor het eerst in mijn leven zó ‘burger’ gevoeld. Dat voelde gek, want ik voel me tegelijkertijd echt rijksambtenaar. De COVID-directie heeft het druk zat, ook met het informeren van Kamer en pers. Ik begrijp dat uitgebreide interne berichtgeving dan even geen prioriteit heeft. Dus nu moest ik alles uit de media vernemen. En ik wist niet in hoeverre die informatie klopte.

Je bent als ambtenaar ook ambassadeur van het departement en dan helpt het als beleid intern ook helder is. Dan voel je je toch wat meer onderdeel van het geheel, ook als je niet direct bij het dossier betrokken bent. Met die openheid creëer je als ministerie bovendien extra ruimte voor breder tegengeluid vanuit de eigen ambtenaren.

Door bekenden word ik nooit persoonlijk op het coronabeleid van VWS aangesproken. Die snappen dat ik er ook niets aan kan doen. Ik zag bij hen wel onrust over onduidelijkheid en ‘zwabberend beleid’. Maar ze zeiden niet: doe er eens wat aan. Ze hadden eerder medelijden: ‘Het zal wel heel erg druk zijn bij jullie’. Wel had ik moeite met reacties op social media, zoals vergelijkingen met dictatuur en holocaust. Ik heb Facebook daarom echt eventjes uitgezet.

Nee, op een verjaardagsfeest zou ik niet voor me houden dat ik bij VWS werk. Als ambtenaar wil ik bijdragen aan de maatschappij en daar ben ik trots op. Dat zou ik nooit verhullen.”

Leonne Gartz achter haar laptop in de woonkamer
Leonne Gartz, hoofd Monitoring en webcare
Leonne Gartz thuis op de bank

‘Burgers wensen ons soms de vreselijkste dingen toe’

“Sinds corona is het geëxplodeerd: het aantal reacties dat we bij VWS binnen krijgen. We ontvangen berichten via de website van de rijksoverheid, via de mail en social media. Op het hoogtepunt kregen we per dag 25.000 vragen, opmerkingen en meningen. Wanneer we denken het ergste gehad te hebben, blijkt het vaak een stilte voor de volgende storm te zijn. Soms gaat het om mensen die oprecht op zoek zijn naar de juiste informatie. Die geven we antwoord op hun vragen.

Ook zorgen we dat de informatie vanuit VWS beter wordt. We hebben mede gelobbyd voor een print van de QR-code. Vooral ouderen vroegen daarom. Maar ook signaleren we dagelijks kleine onduidelijkheden, bijvoorbeeld op de website.

De opmerkingen en meningen die binnenkomen, zijn op dit moment vooral negatief. Af en toe gaan burgers daarbij ver over de rand. Ze proberen met valse informatie onze campagnes te frustreren. Of ze wensen ons en elkaar de meest vreselijke dingen toe. Er komen vergelijkingen binnen met de Tweede Wereldoorlog: de minister als nazi. En er zijn bedreigingen aan zijn adres.

Het is prima als iemand commentaar heeft, maar het moet wel fatsoenlijk blijven. De ergste uitingen op sociale media halen we nu weg. Dat is wel lastig, want van origine moet je toch transparant en aanspreekbaar zijn. Maar als je niets doet, krijgt het lelijke en grimmige de overhand. Zodat mensen met een vraag niet meer aan bod komen. Gevolg is ook dat iemand die wel positief is, zich niet durft te uiten. Die wordt dan onmiddellijk overruled.

De werkdruk is al heel lang heel hoog. De uitdaging is dan om het leuk te houden. Op vaste momenten gaan we met collega’s bij elkaar zitten. Soms raakt de grimmigheid je wel. Daarom kijken we of een bureau ons kan helpen om beter met de negativiteit om te gaan. Mijn teamleden zijn loyaal en hardwerkend. En ze zijn in staat de spirit erin te houden. Het is mooi dat medewerkers zó gemotiveerd zijn om mensen echt te helpen.

Zelf krijg ik ook wel eens commentaar vanuit mijn privéomgeving: de scholen zouden toch niet dicht gaan? Hoe kan dat dan nu toch gebeuren? Of een familielid die vaccinaties onzin vindt. Soms is dat lastig. Ik ben er zelf van overtuigd dat we door vaccinaties de zorg ontlasten. Ik hou wel eens voor me dat ik bij VWS werk om te luisteren naar discussies tussen mensen onderling over de corona-aanpak. Zo hoor je misschien net andere dingen. Maar ik aarzel geen moment om te zeggen dat ik er werk. Ik ben juist trots op het vele werk dat we verzetten.”