Tekst Marc Mijer
Foto Tineke Dijkstra

Het hoofdkantoor van Interface bevindt zich in Atlanta, Georgia (Verenigde Staten) maar de productielocatie en het hoofdkantoor voor Europa staan in Scherpenzeel, Gelderland. Hier worden tapijttegels gemaakt die hun weg vinden naar onder meer hotelketens en kantoren. Sinds oprichter Ray Anderson in 1994 besloot om de aarde en het klimaat centraal te stellen in de bedrijfsvoering, werkte het bedrijf aan ‘Mission Zero’. In 2019 werden de successen gevierd: zo hebben tapijttegels gemiddeld 76% minder CO2-impact dan in 1996. Daarnaast zijn alle producten van Interface over de gehele levenscyclus CO2-neutraal. De volgende stap is ‘Climate Take Back’. Het streven is om in 2040 een CO2-negatieve onderneming te zijn, waarbij het bedrijf meer CO2 uit de atmosfeer haalt dan uitstoot. Recente innovaties zijn de eerste C02-negatieve tapijttegels (‘cradle-to-gate’) en de biocomposiet tapijtrug.

Eline Oudenbroek en Janneke Leenaars werken als respectievelijk Vice-President Supply Chain & Operations en Sustainability Manager Noord Europa bij Interface. Deze wereldwijd opererende vloerenfabrikant stapelt de ene klimaatvriendelijke innovatie op de ander.

“Vorige maand zagen we na 65 jaar de laatste truck met bitumen ons fabrieksterrein oprijden.” Eline laat het bijna terloops vallen. Maar het gaat hier om een behoorlijke mijlpaal, namelijk de uitfasering van een fossiele grondstof. Bitumen is het petrochemische materiaal dat gebruikt werd voor de onderzijde van traditionele tapijttegels. Interface is erin geslaagd om dit te vervangen door een biocomposiet tapijtrug. De circulariteit van tapijttegels van Interface stijgt hiermee van gemiddeld 62 naar 85 à 90% biobased en gerecycled materiaal. “De nieuwe biocomposiet rug is een concreet voorbeeld van onze hogere circulaire waarde strategie”, aldus Janneke. “Die correspondeert mooi met de bovenzijde van de R-ladder. Met ‘Refuse’ zien we af van een fossiele grondstof. Met ‘Rethink’ zijn we gaan omdenken en via materiaal-technische innovatie uitgekomen op het gebruik van hernieuwbare en circulaire grondstoffen. Doel van onze circulaire productinnovatiestrategie is onder meer om minder grondstoffen te gebruiken, afval te voorkomen en CO2-uitstoot te reduceren.” 

Terugname oude vloertegels

Het beleid van Interface is erop gebaseerd om bij de product-opbouw zoveel mogelijk CO2-arm en circulair te werken. Dat is wat Eline en Janneke ‘de keuze nu’ noemen. Zij vinden het jammer dat overheidsbeleid vooralsnog recycling achteraf als voornaamste uitgangspunt heeft, en hergebruik van een product onderwaardeert. Zo stuit Interface op meerdere hobbels in het streven naar circulariteit. “We hebben een terugnameprogramma, voor tapijttegels die aan het einde van hun gebruiksduur zijn. Veel klanten zijn bereid om de moeite te nemen en de kosten te dragen voor het sorteren, netjes opstapelen en transporteren van hun oude tegels voor hergebruik. Maar de goedkopere en gemakkelijkere route trekt ook aan hen; het weggooien in de container. Het zo hoogwaardig mogelijk in de kringloop houden van tapijttegels als product (versus verwerking door recycling, of verbranding) kan gestimuleerd worden als er een verschuiving van belastingen zou plaatsvinden. Belast arbeid, in dit geval om tegels te sorteren en te stapelen, minder. En belast het gebruik van ‘virgin’ petrochemische grondstoffen zwaarder.”

“Voorts zijn wij van mening dat… recycling achteraf niet de heilige graal is, en dat er eerst meer aandacht moet zijn voor hogere circulaire waarde strategieën zoals dematerialisatie, goed onderhoud en product-hergebruik.”

Producentenverantwoordelijkheid

Voor de inkoop van materialen hanteert Interface een gedragscode waarbij leveranciers, maar ook de leveranciers van leveranciers, beoordeeld worden op onder andere hun mate van circulariteit. Daarnaast werkt het bedrijf samen met tal van partners en organisaties zoals The Dutch Green Building Council, UN Global Compact en de overheid. Eline: “Eén van de onderwerpen is het productpaspoort. Als je zoals wij als producent je verantwoordelijkheid neemt, moet je ook aan kunnen geven waarvoor je verantwoordelijk bent. Maar zoiets moet wel gebeuren vanuit wetgeving die voor de hele vloeren-branche geldt. ” Janneke: “We zien momentum rondom circulariteit en de CO2-voetafdruk, zeker in de gebouwde omgeving. Veel partijen willen stappen zetten en doen dat ook. Maar als we echt willen doorpakken, moet er nog wel aan enkele wet- en regelgevingsknoppen gedraaid worden. Anders blijft er teveel ruimte om het anders te doen dan duurzaam en circulair.”