Foto Droogte bij Lent, Nijmegen
Beleidsverantwoordelijkheid van IenW: Klimaatadaptie
Het klimaat verandert en ons weer wordt extremer: hogere temperaturen, een sneller stijgende zeespiegel, nattere winters, heftigere buien en kans op drogere zomers.
Nederland moet in 2050 klimaatbestendig zijn ingericht tegen wateroverlast, droogte, hitte en gevolgen van overstromingen. Dat is opgenomen in de Deltabeslissing (2015) Nationale klimaatadaptatiestrategie (2016), het Deltaplan Ruimtelijke adaptatie (2017), het Regeerakkoord (2017) en het Interbestuurlijk programma (2018). Daarom heeft IenW klimaatadaptatie één van zijn drie beleidsprioriteiten gemaakt3. Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen moeten vanaf 2020 klimaatbestendig en waterrobuust handelen. In 2020 moet klimaatadaptatie zijn opgenomen in beleid, handreikingen en spelregelkaders. Dit hoofdstuk handelt over klimaatadaptatie in alle netwerken van Rijkswaterstaat.
Om zich een beeld te vormen van wat nodig is voor klimaatadaptatie, hebben alle overheden in het Deltaplan Ruimtelijke adaptatie (2017) afspraken gemaakt, te weten: stresstesten maken (2019), risicodialogen voeren (2020) en uitvoeringsprogramma´s opstellen (2020). Rijkswaterstaat werkt aan stresstesten voor de vier klimaatthema’s wateroverlast, droogte, hitte en overstroming. De stresstesten brengen de kwetsbaarheden in beeld door middel van klimaatscenario's en op basis van thematische kaarten (bijvoorbeeld de thema’s hitte, bodemdaling en droogte). Alle overheden gaan voor hun hele grondgebied (landelijk en stedelijk) stresstesten uitvoeren. Veel gemeenten en provincies hebben al stresstesten uitgevoerd.
Een risicodialoog bestaat uit een serie gesprekken met relevante publieke en private partijen. Het is een zich herhalend proces om de klimaatrisico’s te identificeren, ambities te bepalen en maatregelen te formuleren die moeten landen in beleid en een uitvoeringsprogramma. Vaak vormen de uitkomsten van de stresstest de basis voor de gesprekken. De uitkomsten van de risicodialogen leggen overheden vast in uitvoeringsprogramma´s.
Klimaatadaptatie is opgenomen in de MIRT-spelregels en de Handreiking Verduurzaming MIRT. Daardoor wordt bij nieuwe infrastructurele projecten klimaatadaptatie afgewogen en/of meegenomen. Op grond van recente neerslagstatistieken van het KNMI zijn de ontwerprichtlijnen voor hemelwaterafvoer aangepast.
IenW werkt aan de ontwikkeling van een kader voor aanpassing aan klimaatverandering per modaliteit (wegen, waterwegen, spoorwegen, bruggen, sluizen, tunnels). Dat kader wordt in 2019 verwacht.
Nationale uitvoeringsverantwoordelijkheid
Jaarlijks informeert IenW via het Deltaprogramma de Tweede Kamer over de voortgang. Dat vindt plaats op basis van een jaarlijkse monitoring door het Deltaprogramma Ruimtelijke Adaptatie. Op verantwoordingsdag verantwoordt IenW de nationale uitvoering van klimaatadaptatie in de IenW jaarverantwoording.
3 Klik hier voor het Kennisportaal Ruimtelijke Adaptatie
Klimaatadaptatie in de uitvoering van IenW
Wat zijn mogelijke gevolgen van klimaatverandering voor IenW? Droogte kan leiden tot instabiele wegdelen, zoals verzakking en tot een toename van bermbranden. Daarnaast zorgt het voor een verkleining van de vaardiepte voor onze vaarwegen. Langdurige lage rivierafvoeren vergroten de kans op zoutindringing. Hitte kan nadelige effecten hebben op materialen in bijvoorbeeld funderingen, staalconstructies en asfalt. Bij hevige regenval kan hinder ontstaan door wateroverlast, of schade aan taluds of wegfunderingen.
Klimaatverandering is nu ook al zichtbaar, vooral als het gaat om wateroverlast door heftige regenbuien en langdurige droogte. Voor IenW kan klimaatverandering en het bijbehorende extreme weer leiden tot risico’s voor het functioneren van het transportsysteem en de daarvoor benodigde infrastructuur. 2018 was wat dat betreft een spannend en leerzaam jaar voor IenW met de hevige neerslag in mei en daarmee gepaard gaande wateroverlast en een zeer droge zomer.
Beschrijving resultaten
Rijkswaterstaat is in 2018 begonnen met de voorbereidingen van een stresstest voor het hoofdwegennet (HWN), het hoofdwatersysteem (HWS) en het hoofdvaarwegennet (HVWN). De wateroverlast als gevolg van de hevige neerslag in mei 2018 leverde nieuwe inzichten op. RWS onderzoekt of preventieve maatregelen getroffen moeten worden en of daarmee de impact op het verkeer vermindert. De langdurige droogte in de zomer zorgde voor extreem lage waterstanden. Daardoor heeft RWS noodmaatregelen getroffen, zoals extra pompen bij gemaal Eefde. We evalueren de gevolgen van de weersextremen.