Duurzaamheidsmanager Harry van de Pol van Rijkswaterstaat begon sceptisch aan de Kompasweek, maar sloot hem geïnspireerd weer af. Met de blik gericht op de opgave buiten – én op de generaties na ons.
Toegegeven, toen Harry van de Pol de aankondiging van de Kompasweek las, werd hij niet meteen enthousiast. Hij las veel ‘braaftaal’. Het zou wel weer over beleid gaan. Toch meldde hij zich aan. Want hoe weinig hij ook heeft met nieuwe termen als ‘opgavegericht werken’, hij wilde wél weten hoe het concept achter die naam zijn werk raakt. Hoe hij zich eraan kan verbinden.
En bij de lancering van het Kompas, eind vorig jaar, had het verhaal van Jan Hendrik Dronkers hem wel degelijk aangesproken. ‘Supergoed hoe hij ons toen meenam in zijn droom. Jan Hendrik vertelde over Cornelis Lely en Johan van Veen, de ingenieurs achter de Zuiderzee- en Deltawerken. Hoe die mannen volgens hem te laat waren; de rampen hadden zich al voltrokken. En hoe hij met IenW op tijd wil zijn, nieuwe rampen wil voorkomen. Kijk, dan heb je mijn aandacht.’
Het draait allemaal om de klus buiten
Ook de organisatoren van de Kompasweek slaagden erin Harry’s aandacht vast te grijpen. Bijvoorbeeld tijdens de sessie over opgavegericht werken. ‘Wat ik daarvan meeneem, is dat het allemaal draait om de klus buiten. Dat gegeven helpt mij, bijvoorbeeld als interne discussies dreigen vast te lopen. Hou dan voor ogen dat het gaat om het resultaat buiten. Draagt een idee daaraan bij? Fijn dat dat nu prominent in het Kompas staat.’
Een ander aspect dat de sessie voor Harry nog eens benadrukte, was dat we met heel véél spelers voor die opgave staan. ‘Mensen van binnen en buiten de organisatie – in mijn geval Rijkswaterstaat. Dat weten we natuurlijk wel, maar doordat we al zo lang thuiswerken is de cirkel best klein geworden. Tijdens de Kompasweek kwam ik ineens weer al die mensen tegen uit mijn bredere netwerk. En ook opvallend veel mensen die ik nog niet kende, trouwens. Heel goed. Allemaal prikkelende perspectieven.’
Als je de toekomst mee laat spreken, maak je andere keuzes
Misschien wel het interessantste perspectief kwam van de volgende generatie. Figuurlijk gesproken dan. ‘In elke sessie stond een stoel die de toekomst symboliseerde. Als we het over ons werk hadden, was de vraag: wat zou de toekomst ervan vinden? Dat triggerde me. Bijvoorbeeld bij de ontwikkeling van een duurzaam mobiliteitssysteem, een pijler van het Kompas. Ik zag bij wijze van spreken mijn kinderen en kleinkinderen in die stoel zitten. Als je aan hun toekomst denkt, ga je je toch afvragen of bijvoorbeeld het aanleggen van steeds meer wegen eigenlijk wel zo verstandig is. Dat geld kunnen we beter stoppen in het klimaatneutraal en circulair maken van de huidige infra.’
Of daar morgen meteen iets mee verandert? Harry haalt de woorden van DG Mobiliteit Kees van der Burg aan. ‘Die zei het mooi: als je in de waan van de dag de toekomst mee laat spreken, maak je andere keuzes en ga je stapje voor stapje de goede kant op.’
Maar eerst gaat Harry de collega bellen die hij al lang niet had gezien en tijdens een sessie weer tegenkwam. ‘Eens bijpraten, kijken waar hij nu mee bezig is. Wie weet wat we voor elkaar kunnen betekenen. Dat is toch een heel concreet resultaat van deze Kompasweek.’