Reportage

Dit artikel hoort bij: JenV Magazine 1

'Ik help mensen die recht hebben op onze hulp'

Twee jonge kinderen, gehurkt buiten Moria, vluchtelingenkamp op Lesbos

Tekst Sander Grip
Foto Marieke Odekerken

Jeroen Bout, normaal hoor- en beslismedewerker bij de IND, was vier maanden vulnerability expert op Lesbos. Op grond van de Turkijedeal controleert de EU al op de Griekse eilanden of vluchtelingen in aanmerking komen voor een asielprocedure, of dat ze terug moeten naar Turkije. Krijgen mensen het stempel kwetsbaar, dan komen ze in een procedure met meer waarborgen. De vulnerability experts kijken of er sprake is van kwetsbaarheid. “Door deze ervaring kan ik mijn werk in Nederland beter in perspectief plaatsen.”

Jeroen Bout, hoor- en beslismedewerker IND, close-up
Jeroen Bout, hoor- en beslismedewerker IND

“Mensen worden als ‘kwetsbaar’ aangemerkt op verschillende gronden. Dat kan een ziekte zijn of een psychische aandoening, of ze kunnen in het land van herkomst bijvoorbeeld slachtoffer zijn van marteling. Mijn taak was duidelijk te krijgen of er factoren van kwetsbaarheid aanwezig zijn. Op de Griekse eilanden beginnen de gesprekken met vluchtelingen meestal met een hoormedewerker, zoals het in ons land ook gaat. De verklaring van een vluchteling kan aanleiding zijn te denken dat hij of zij in een kwetsbare positie verkeert. Bevestigt de vulnerability expert dit vermoeden, dan wordt de vreemdeling uit de zogenaamde border procedure gehaald. In de plaats daarvan komt er een vervolginterview met een hoormedewerker van de Griekse asielautoriteiten. Dit vindt doorgaans plaats op het vasteland en niet op een van de eilanden.

Ik ben twee keer twee maanden uitgezonden. De eerste keer zaten we in Moria, het grootste van de twee vluchtelingenkampen op Lesbos [zie kader, red.]. Tijdens deze eerste uitzending begon Moria al overvol te raken. Er komen nog steeds enkele tientallen mensen per dag aan met bootjes vanuit Turkije, en er gaan nog maar weinig mensen door naar het vasteland. Sinds september, oktober wordt de situatie in Moria onhoudbaar. Er leven veel meer mensen in en rond het kamp dan er plek is. Stel je voor: er is plek voor zo’n 1700 mensen en er zitten er op dit moment wel 7000.

Ook in ons werk merkten we dat: al die mensen om je heen die naar het vasteland van Europa willen en hopen dat ze via jou door kunnen. Ze klampen zich aan je vast, duwen hun papieren in je handen. Je voelt ontzettend goed hun wanhoop: na een barre tocht zijn ze nog steeds niet zeker van hun lot. Tijdens mijn tweede uitzending was onze werkplek ook niet meer in het kamp, maar in een kantoor een paar kilometer buiten het kamp. Dat is voor de vluchtelingen rustiger en veiliger. Het was wel killer; ik had veel minder gevoel met wat er speelde in de kampen, onder welke omstandigheden de vluchtelingen daar woonden en leefden. Ik vond dat een gemis.”

(tekst loopt door onder kader)

Laan in vluchtelingenkamp Kara Tepe, Lesbos
Hoofdstraat in vluchtelingenkamp Kara Tepe.
Nette, vrolijk versierde isobox-woningen met was voor de deur in vluchtelingenkamp Kara Tepe, Lesbos
Isobox-woning in vluchtelingenkamp Kara Tepe.

De actuele situatie op Lesbos

Voor de ogen van inwoners van Lesbos ontspon zich begin 2015 een ongekende vluchtelingencrisis. Er kwamen ineens duizenden mensen per dag aan op het eiland. Het oude detentiecentrum Moria werd halsoverkop ingericht als vluchtelingenkamp. Op het hoogtepunt van de crisis zaten er tot 8.000 mensen op het terrein dat berekend is op circa 1700 mensen. In die tijd gingen vluchtelingen vaak al na enkele dagen door naar het vasteland.

De stroom vluchtelingen is sterk verminderd sinds de Turkijedeal. Deze komt erop neer dat Turkije beter haar best doet om vluchtelingen op te vangen in ruil voor financiële steun en een soepeler visumplicht voor Turken die naar Europa reizen. Toch komen er nog altijd gemiddeld 65 mensen per dag aan op Lesbos. “Vandaag zijn er vijftig aangekomen”, vertelt een restauranthouder aan de haven van Mytilini eind november 2017. “En er zijn vier lijken aangespoeld. Intussen kunnen de vluchtelingen niet doorreizen naar het vasteland, omdat Europese landen zich niet houden aan de afspraken omtrent het aantal vluchtelingen dat zij opnemen.” Moria telt inmiddels weer ruim 7.000 inwoners. Mensen slaan hun bivak op buiten het kamp in een oude olijfgaard. Daar is geen toezicht en er zijn geen faciliteiten. Die mensen zijn volledig op zichzelf aangewezen.

In en rond Moria verblijven 1200 kinderen. Ze spelen tussen de kromme stammen van de stokoude olijfbomen. Het zou een idyllisch tafereel zijn, als je hun blote voeten weg kon denken. Als er geen gebruikte luiers op de grond zouden liggen. Als de Somalische kapper op de heuvel niet tussen het afval zijn werk moest doen. Als er geen tentjes stonden, toegedekt met reddingdekens om de ergste kou buiten te houden.

Kara Tepe

Om Moria te ontlasten en kwetsbare vluchtelingen een veiliger omgeving te bieden, is eind 2016 een tweede kamp opgezet: Kara Tepe. Hier zitten gezinnen met jonge kinderen, ouderen en bijvoorbeeld ook LHBT’ers. Al kunnen inmiddels lang niet alle kwetsbaren er nog een plek krijgen. Stavros, de directeur van Kara Tepe, vertelt: “Dit is geen kamp; het is een dorp waar inwoners kunnen herstellen van de onvoorstelbare reis die ze hebben gemaakt. Wij bieden ze ruimte om weer mens te zijn. Hun waardigheid is heel belangrijk.”

Hervestiging in Europa

Om de gevolgen van de vluchtelingenstroom eerlijker te verdelen over de verschillende lidstaten van Europa, is met Griekenland en Italië afgesproken om een deel van deze vluchtelingen te hervestigen in andere landen. In 2017 heeft Europa in totaal 33.178 vluchtelingen vanuit Griekenland en Italië opgenomen. Het aandeel van Nederland daarin bedroeg 2.645 vluchtelingen. Mark Harbers, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid: “Asiel en migratie zijn de grote uitdagingen van deze tijd. Bij deze onderwerpen gaat terecht veel aandacht naar het binnenland, maar voor oplossingen zijn we aangewezen op internationale afspraken.”

Bekijk de actuele verdeling van vluchtelingen over Europa.

Dunne zomertentjes afgedekt met isoleerfolie buiten vluchtelingenkamp Moria, Lesbos
Zomertentjes afgedekt met isolatiefolie tegen de kou, buiten vluchtelingenkamp Moria.
Overzicht over de olijfgaard buiten vluchtelingenkamp Moria, Lesbos, waar duizenden vluchtelingen hun tent opslaan
De olijfgaard buiten vluchtelingenkamp Moria, waar duizenden vluchtelingen hun tent opslaan.

Een kleine bijdrage

“Via collega’s die al eens uitgezonden werden, hoorde ik dat werken op een van de Griekse eilanden een verrijking is voor je eigen werk in Nederland. In ons land spreek ik met vluchtelingen over hun reis en hoe ze aankwamen op de Griekse eilanden, hoe de procedure daar verliep en onder welke omstandigheden ze daar leefden. Van achter je bureau in Nederland kun je je daar echter geen goede voorstelling van maken. Voor mijn gevoel moet je dat met eigen ogen gezien hebben. Nu heb ik aan een half woord genoeg om te weten hoe het voor hen was om in Europa aan te komen en in een overvol kamp te zitten zonder uitzicht op een verdere doortocht.

Ik heb echt het gevoel dat ik op Lesbos iets heb bijgedragen. Het geeft voldoening iemand in een kwetsbare positie te kunnen helpen. Mijn kwetsbaarheidstoets kon mensen die daar recht op hebben, in ieder geval tijdelijk uit een uitzichtloze positie halen. Of dat genoeg is, is niet aan mij. De meer geopolitieke vraag kan ik niet oplossen. Maar ik help mensen die recht hebben op onze hulp. Ik zou zo teruggaan, want ook al is het relief op individueel niveau, voor de mensen waar het om gaat, betekent dat de wereld.”

Jeroen Bout, hoor- en beslismedewerker IND, ten voeten uit