Tekst Sander Grip
Foto Dienst Vervoer & Ondersteuning (Dienst Justitiële Inrichtingen)
Op een willekeurige dag in het jaar dragen ruim 700 mensen in ons land een enkelband. Het gaat om mensen die verdacht worden van of veroordeeld zijn voor een strafbaar feit; zogenaamde justitiabelen. Met een enkelband kunnen zij in beperkte vrijheid hun proces afwachten of juist gecontroleerd terugkeren in de maatschappij. Hoe werkt de enkelband? Wanneer wordt hij omgelegd, waarom gebeurt dat en gaat het weleens fout? In deze Verdieping de feiten en cijfers op een rij.
De enkelband is geen doel op zich, noch een vorm of vervanger van detentie. Het is een hulpmiddel om verdachten en veroordeelden, die onder voorwaarden in vrijheid zijn gesteld, te controleren. Met een enkelband kan namelijk de naleving van een opgelegd locatieverbod of -gebod effectief worden gecontroleerd. Een justitiabele met een enkelband staat onder toezicht van de reclassering.
De rechter, het Openbaar Ministerie (OM) of de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) bepalen, gebaseerd op een advies van de reclassering, of een justitiabele een enkelband om krijgt. Onder meer vluchtgevaar kan een reden zijn om de inzet van de band niet te adviseren, en iemand niet voorwaardelijk in vrijheid te stellen.
Functie van de enkelband
Binnen het Nederlandse strafrechtsysteem kan een enkelband worden gebruikt in het kader van diverse voorwaardelijke modaliteiten, zoals de voorwaardelijke invrijheidstelling, voorwaardelijke veroordeling en het schorsen van de voorlopige hechtenis onder voorwaarden. Het is een geschikt hulpmiddel om aan justitiabelen opgelegde locatieverboden en -geboden effectief te handhaven. Met behulp van de enkelband kan ongewenst gedrag in de zin van niet-naleving van deze voorwaarden onmiddellijk worden gesignaleerd en kan er direct actie worden ondernomen. De band maakt snel en gericht ingrijpen mogelijk, omdat deze een signaal afgeeft bij een misstap, waarmee de pakkans wordt vergroot. Hierdoor gaat er ook een preventieve werking uit van de band: enkelbanddragers overtreden minder voorwaarden door de controle die met de band plaatsvindt, aldus toezichthouders.
Opslag van gegevens
De enkelband is een elektronisch apparaat. In Nederland werken we met twee typen banden: de GPS-band en de RFId-band (radio frequency). De RFId-variant zetten we in bij een locatiegebod. Hiermee is te controleren of iemand op de afgesproken locatie aanwezig is, bijvoorbeeld zijn of haar woning. Bij het locatieverbod gebruiken we een GPS-variant. Het gaat dan om locaties waar iemand (op bepaalde tijdstippen of geheel) niet mag komen. Met deze variant is te zien waar een enkelbanddrager zich bevindt. De gegevens die een enkelband genereert, kan de reclassering gebruiken voor haar toezicht. Deze gegevens kunnen immers aanknopingspunten bieden voor gedragsverandering die recidive vermindert. Bovendien kan het OM de door de band gegenereerde gegevens vorderen voor bewijsvoering indien de drager wordt verdacht van een ernstig strafbaar feit.
3.000 aansluitingen per jaar
In 2017 is bij ongeveer 3.000 verdachten en veroordeelden een enkelband omgelegd. Op een willekeurige dag dragen ruim 700 mensen een elektronische enkelband. In ruim driekwart van de gevallen gaat het om mensen die veroordeeld zijn voor een strafbaar feit. Bij de overige mensen gaat het om een schorsing van de voorlopige hechtenis onder voorwaarden; zij kunnen met de enkelband hun proces in beperkte vrijheid afwachten. Cijfers van de reclassering en DJI wijzen uit dat een enkelband in ruim 98 procent van de gevallen blijft waar hij hoort: om de enkel van een drager.
De enkelband is gemaakt van rubber en glasvezelkabel. Het is niet eenvoudig om de band af te doen, maar met veel kracht kan het wel. Een enkelband mag geen gevaar vormen voor de drager. Derhalve dient deze in noodsituaties te kunnen worden verwijderd om ernstig lichamelijk letsel, bijvoorbeeld veroorzaakt door een ongeluk, te voorkomen of te behandelen. Een enkeling maakt hiervan echter misbruik en saboteert de enkelband. Om het instrument verder te verbeteren wordt momenteel een stevigere band in gebruik genomen. Deze enkelband moet het verwijderen nog moeilijker maken en er tegelijkertijd voor blijven zorgen dat de band snel af kan in noodsituaties die daar dus om vragen.
Automatische melding bij misbruik
Als de drager zijn enkelband afdoet, aan zijn band rommelt, in een gebied komt waar hij niet mag komen of juist een gebied verlaat waar hij binnen moet blijven genereert de enkelband automatisch een melding naar een meldkamer. Ook als een drager zijn band niet oplaadt en deze dreigt leeg te raken, gaat er een signaal naar de meldkamer. Er gaat dus bij iedere handeling, de verplichte én bij overtredingen, een specifiek signaal naar de meldkamer. Meldingen worden opgeslagen en bewaard.
Risicoprofiel bij misbruik
Er is een zogenaamd opvolgingsprotocol waarin staat hoe te handelen per type melding. In het protocol is bijvoorbeeld vastgelegd wanneer de reclassering contact dient te leggen met de drager als de enkelband een melding afgeeft. Is de enkelbanddrager dan niet bereikbaar of roept diens uitleg vragen op, bespreekt de reclassering dit direct met de instantie die opdracht gegeven heeft tot het omleggen van de enkelband. De opdrachtgever bepaalt de te nemen vervolgstappen. Als er sprake is van een slachtoffer dat beschermd moet worden, onderneemt de politie direct actie. Bij zaken zonder een te beschermen slachtoffer is het handelen zeer afhankelijk van de gegenereerde melding.
Ingrijpen
Raakt de enkelbanddrager uit beeld dan bepaalt de opdrachtgever in de regel wat er moet gebeuren. Besloten kan worden iemand in het opsporingsregister van de politie op te nemen en een arrestatiebevel uit te vaardigen. Indien de persoon in kwestie voortvluchtig is en actieve opsporing is vereist, kan de politie een speciaal politieteam (FAST NL) inzetten dat zich, onder verantwoordelijkheid van het OM, bezighoudt met opsporen. Is een enkelbanddrager aangehouden, dan wordt hij gevangengezet en beslist het bevoegd gezag welke gevolgen de overtreding heeft. Bij een justitiabele hebben zulke misstappen invloed bij de toekenning van eventueel toekomstige vrijheden. Daarnaast wordt bij vernieling en/of vermissing van een enkelband aangifte gedaan, aangezien in dat geval sprake is van een nieuw strafbaar feit.
Kortom: het gebruik van de enkelband biedt vele voordelen bij het controleren van onder voorwaarden in vrijheid gestelde justitiabelen aan wie een locatieverbod of -gebod is opgelegd. Met behulp van de band kunnen risico’s worden beheerst, kunnen slachtoffers goed worden beschermd en kan worden gewerkt aan gedragsverandering, waarmee het recidiverisico terug te brengen is.