Tekst Aline Bos
Foto Pixabay, Tama66

Een slordige rekensom: bij het kerndepartement VWS (exclusief concernorganisaties) zijn momenteel ruim 100 vrouwen in de overgang. Qua aantal de omvang van een directie. Praten VWS-collega’s wel eens over de overgang? Over de impact ervan op de werkvloer? Drie redenen om dat gesprek te voeren, juist bij VWS.

#1 Overgangsklachten hebben serieuze impact op de werkvloer

45% van de vrouwen in de overgang geeft aan dat de klachten hun werk beïnvloeden. Vrouwen met overgangsklachten ervaren drie keer zo vaak burn-out symptomen als vrouwen in dezelfde leeftijdsgroep zonder deze klachten. Overgangsklachten leiden tot verzuim en een hogere herstelbehoefte na een werkdag. VWS-collega’s die voor dit artikel geinterviewd werden (en ook voor de rubriek VWS’ers Vinden), vertellen dat zij door hevige hoofdpijnen thuisblijven of de trein terug naar huis nemen vanwege een onverwacht heftige bloeding. Soms blijven de consequenties onzichtbaar. Collega’s vertelden dat zij bij klachten doorwerken, onder het mom van ‘niet klagen, maar dragen’. Hoe zwaar zij dat soms ook vinden.

#2 VWS heeft een voorbeeldfunctie bij het bespreekbaar maken van overgangsklachten op de werkvloer

We opereren als ministerie in en voor een sector waarin vooral vrouwen werken. De overgang speelt daarom voor een relatief een groot deel van de zorgmedewerkers. Niet voor niets stuurden minister Kuipers (VWS) en minister Van Gennip (SZW) in april een brief naar de Tweede Kamer over dit thema. Hun ambitie: het taboe op de overgangsklachten op het werk doorbreken. De ministers schrijven in hun brief dat de overgang ‘net zo vanzelfsprekend en bespreekbaar moet zijn als de tekenen van zwangerschap of de behoefte aan een leesbril na het 40e levensjaar. Niet iedereen krijgt kinderen, of heeft een leesbril nodig, maar alle vrouwen raken in de overgang.’ Dat bespreekbaar maken is ook nodig op de VWS-werkvloer. Vanzelfsprekend is dat niet, meerdere VWS-collega’s wilden alleen anoniem hun verhaal delen voor dit artikel.

#3 Praten over de overgang levert kennis en begrip op

De overgang is meer dan af en toe een opvlieger (zie kader). Werkgevers en ook vrouwen zelf weten vaak onvoldoende over de overgang. Huisartsen interpreteren overgangsklachten soms als overspannenheid. Begin december kreeg minister Kuipers een plan aangeboden van de  Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (NVOG) om de kennis over vrouwspecifieke aandoeningen te vergroten, waaronder hormoon-gerelateerde zaken als de overgang. Een VWS-leidinggevende die zelf in de overgang zit, zegt: “Je moet hiervan weten, ook als je man bent of er nog niet mee te maken hebt. Pas dan kun je goed signaleren. Ik zag een collega die het zwaar had en gooide een balletje op. Zij kopte in. Het was inderdaad de overgang. Dat luchtte enorm op.” Om die reden volgde het managementteam van de directie Communicatie een cursus over overgangsklachten, om de impact op werk beter te herkennen (zie het interview met Leonne Gartz in de rubriek VWS’ers Vinden).

Ondersteuning bij overgangsklachten op het werk

Als overgangsklachten je werk beïnvloeden, kun je dat bespreken met leidinggevenden en directe collega’s. RIVM-onderzoek toont aan dat de helft van de vrouwen dat niet doet.

Ondersteuning kan ook via:

  • De bedrijfsarts. Die is ook beschikbaar als je je niet ziek hebt gemeld en meer preventief maatregelen wilt treffen. Dat kan bijvoorbeeld gaan over leefstijl tijdens de overgang.
  • De bedrijfsmaatschappelijk werker. Net als bij de bedrijfsarts geldt: die kun je inschakelen bij mentale problemen, maar ook meer preventief. Met de bedrijfsmaatschappelijk werker kun je ook sparren over het bespreekbaar maken van het onderwerp bij je leidinggevende of collega’s.
  • De huisarts en/of de verpleegkundig overgangsconsulent, bijvoorbeeld als je het liever niet aankaart op je werk.

De overgang: wat, wie, hoe lang?

Wat?

De overgang is de periode waarin het menstruatiepatroon van een vrouw verandert en de eerste menstruatievrije jaren aanbreken. De menopauze volgt op de laatste menstruatie van de vrouw.

De klachten van vrouwen in de overgang variëren in aard en intensiteit. Een bekende klacht is de opvlieger, maar dat is slechts één van de klachten en niet de meest voorkomende. Vrouwen in de overgang hebben bijvoorbeeld ook last van slaapstoornissen, spier- en gewrichtspijn, nachtelijk zweten, vermoeidheid, gespannenheid, hoofdpijn, concentratieproblemen en neerslachtigheid.

Wie?

Veruit de meeste vrouwen in de overgang zijn tussen de 40 en 60 jaar. Van de vrouwelijke werknemers in deze leeftijdscategorie is 16% in de overgang. In Nederland zijn dat zo’n 315.000 vrouwen (bron: onderzoek TNO).

Ook mannen tussen de 40 en 50 jaar komen in een soort overgang: de penopauze. Mannen kunnen dan overgangsklachten ervaren, zoals opvliegers, stemmingswisselingen en slaapstoornissen. Bij mannen gaat het meestal langzamer en is het daarom minder heftig.

Hoe lang?

De duur van de overgang verschilt per vrouw, maar meestal is dit tussen de zeven tot tien jaar.

Meer informatie: