Tekst Marc Mijer
Foto Tineke Dijkstra
“Studenten werken vaak aan supergave ideeën, maar het blijft meestal bij een papieren plan”. Vandaar dat Wick Schraven als afstudeerstage op zijn eigen school de Green Office opzette, waar studieprojecten echt tot uitvoering worden gebracht. Hij vond dat zo leuk, dat hij er na het behalen van zijn diploma actief bleef. Daarnaast bedacht hij De Circulaire Bouwmarkt, waar het aanbod bestaat uit ingezamelde en schoongemaakte bouwmaterialen.
Wick Schraven studeerde vorig jaar af als Technicus Human Technology op het ROC Koning Willem 1 College. Hij werkt voor de Green Office van zijn voormalige school en won de Avans Duurzaamheid Award met De Circulaire Bouwmarkt.
Een prachtig en tastbaar voorbeeld van wat de Green Office doet, staat om de hoek van het kantoortje geparkeerd. Het is de zogeheten ICTalkbus. “Een tweedehands camperbusje, gerestaureerd met voornamelijk gerecyclede materialen”, licht Schraven toe. “Het is bestemd voor rondreizende IT-docenten in Rwanda. Zij geven les in het hele land, maar hebben daar geen goed vervoer voor. Overal waar ze komen moeten ze maar hopen op een goede slaapplaats, en al hun apparatuur ligt er open en bloot bij.” Het bedrijf One World Citizens bracht deze situatie onder de aandacht bij studenten op het KW1 College. Daar doorliep het de route die inmiddels standaard is. Studenten van verschillende vakgroepen gingen er in Het Talent Atelier mee aan de slag, bedachten een plan en zetten het op papier. Voor de uitvoering werd een beroep gedaan op de Green Office. “Wij brengen onze realisatiekracht in, en kunnen dankzij een speciaal potje van de school ook financieel een bijdrage leveren. In dit geval hebben we het tweedehands camperbusje door de autotechnische afdeling van de school laten reviseren. Daarna hebben we het met gerecycled hout ingericht met kastjes, wandjes en twee bedbanken. Zo hebben de docenten in Rwanda in één klap een goed eigen transportmiddel, plek om te slapen en een veilige opslag voor hun spullen.”
Circulair en voordelig
Behalve met de Green Office is Schraven druk bezig met De Circulaire Bouwmarkt. Hij bedacht het idee hiervoor met een vriend en won er de Avans Duurzaamheid Award mee. Het concept is simpel: waar je in een reguliere bouwmarkt nieuwe materialen in de schappen aantreft, zijn dat in De Circulaire Bouwmarkt gebruikte materialen. “We gaan afvalstromen van bedrijven afnemen”, vertelt Schraven. “Wij maken ze schoon en geschikt voor hergebruik. Denk vooral aan houten materialen, zoals balken en planken. In een later stadium willen we uitbreiden naar tegels en wellicht ook staal, bouten en schroeven. Het is hoe dan ook circulair en we denken het tegen voordelige prijzen te kunnen aanbieden. Dat is in deze tijd van stijgende materiaalkosten voor veel mensen zeer welkom.” De verkoop verloopt vooralsnog alleen online. Begin 2023 hopen Schraven en zijn compagnon een fysieke winkel in Den Bosch te openen.
Geïnspireerd door Attenborough
Tijdens zijn opleiding zag Schraven bij het vak Burgerschap de documentaire ‘Life on our Planet’ van David Attenborough. “Dat had zoveel impact op mij. Vanaf dat moment wist ik dat ik mijn steentje wilde bijdragen aan verandering, en dat ik anderen wil stimuleren en motiveren om hetzelfde te doen.” Dat laatste doet hij met de Green Office, waar studenten zien dat goede ideeën voor verduurzaming en circulariteit werkelijkheid kunnen worden. Heeft Schraven de indruk dat deze thema’s voldoende leven bij zijn leeftijd- en opleidingsgenoten? “Aan de ene kant hoor ik regelmatig mensen zeggen: ik kan wel een LED lamp nemen in plaats van een gewone lamp, maar wat is het nut? Dan zeg ik altijd: hoe meer mensen een beetje doen, hoe meer we samen voor elkaar krijgen. Aan de andere kant zie ik ook genoeg studenten met goede ideeën. Ze kennen alleen vaak de mogelijkheden niet om ze ook uit te voeren. De overheid biedt allerlei mogelijkheden en subsidies, maar dat is eigenlijk alleen maar bekend in de kringen die toch al bezig zijn met duurzaamheid en circulariteit. Ik denk dat daar meer publiciteit aan moet worden gegeven. En misschien moet duurzaamheid wel een verplicht vak worden, net zoals Burgerschap dat is. Dan wordt het voor de aankomende generatie gewoon heel normaal om duurzaam te denken.”