Foto Zonnepanelen in Emmeloord, Noordoostpolder.
Naast duurzaamheid in onze bedrijfsvoering en uitvoering voegen we nog een derde pijler toe aan dit verslag: het ministerie van IenW als partner in de duurzame samenwerking met andere partijen. Want om onze en de nationale duurzaamheidsdoelstellingen te halen, is samenwerken met partners essentieel. Zonder innovaties en medewerking van de markt blijft de doelstelling van een klimaatneutrale organisatie en circulair werkproces in 2030 een utopie. En zonder samenwerking met andere overheden kunnen we duurzame energieopwekking op het areaal van Rijkswaterstaat niet realiseren. Het ministerie van BZK is daarbij verantwoordelijk voor het ruimtelijk aspect en het ministerie van EZK voor het klimaataspect.
Binnen de pijler duurzaam samenwerken onderscheiden we verschillende vormen van samenwerken. Zo hebben we het over samenwerken met andere omgevingspartners om tot een betere invulling van de fysieke leefomgeving te komen. Maar het gaat om samenwerken met andere overheden, zoals het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) op het gebied van de nationale energietransitie. Op deze samenwerkingsvormen gaan we in de volgende twee hoofdstukken dieper in. Maar eerst blikken we terug op belangrijke ontwikkelingen binnen deze thema’s in de afgelopen vijf jaar.
Vijf jaar duurzaamheidsverslag
Voor wat betreft het thema energietransitie zijn we, vergeleken met vijf jaar geleden, in een andere fase beland. Waar we destijds vooral aan het praten waren over duurzaamheid, zijn we nu ook aan het doen. Het Parijs Akkoord en het Klimaatakkoord hebben ons ertoe aangezet om beleid rondom duurzaamheid vorm te geven. Daarnaast hebben deze akkoorden ons gestimuleerd grootschalige energie op eigen areaal op te laten wekken om door derden te gebruiken. Ook ontwikkelingen, zoals de CO2-Prestatieladder, Green Deal Aquathermie en de Regionale Energiestrategieën dragen daaraan bij. Dat alles met als resultaat dat duurzaamheid nu mainstream is geworden en steeds vaker wordt meegenomen in de plannen.
Op het thema duurzame gebiedsontwikkeling is bij grootschalige projecten de focus in de loop der jaren steeds meer verschoven van infrastructuur naar ruimtelijke impact. Niet voor niets zijn belangrijke onderwerpen als klimaatadaptie, gezonde leefomgeving en circulaire economie onderdeel geworden van de vernieuwde MIRT-spelregels in 2016. Daarbij zijn de afgelopen vijf jaar ook de nodige instrumenten ontwikkeld. Deze instrumenten zijn er enerzijds op gericht om met andere stakeholders kansen en belangen in het vizier te krijgen voor een gebied en anderzijds om ambities met elkaar op te stellen. Hierdoor realiseren we door de jaren heen steeds meer projecten die er anders uitzien dan wanneer we ze hadden bedacht aan de tekentafel. Projecten waarbij we de fysieke omgeving beter achterlaten dan voordat we met het project begonnen.
Tjisse Stelpstra is gedeputeerde van de provincie Drenthe, met klimaat en energie in zijn portefeuille. Ook is hij voorzitter van de stuurgroep Zonneroute A37. ‘De komende jaren moeten we regels zo gaan maken dat ze de energietransitie bij kunnen houden.’
‘We willen allemaal een energietransitie, maar bestaande regels staan de snelheid daarvan vaak in de weg. We hebben pilots nodig, zoals die voor de A37, om de regels op basis van de praktijk soepeler te maken.
Open over dilemma’s
‘Bij de Zonneroute A37, waarbij zonnepanelen langs de snelweg worden geplaatst, is een mooi partnerschap ontstaan tussen Rijk, provincie en gemeenten. Het is heel mooi dat er al veel van dat soort pilots bestaan, waardoor we sneller van elkaar leren. Er is grote bereidheid tot samenwerking. Pilots als deze functioneren alleen als alle partijen open zijn, bijvoorbeeld over de dilemma’s waar ze tegenaan lopen. Een van onze dilemma’s is dat we energiecorporaties willen betrekken, maar dat dit niet past binnen het aanbestedingsbeleid van het Rijk. Hier zie je dat rijksregels dus soms te ver afstaan van de werkelijkheid.’
Maatwerk
‘Het is belangrijk om bij projecten in de energietransitie, de omgeving vanaf het allereerste begin te betrekken. Ga meteen met mensen in dialoog, voordat alles is dichtgetimmerd en getekend. Voor IenW is het belangrijk om te beseffen dat we steeds meer maatwerk nodig hebben, en dat we regels moeten maken die ook in snel veranderende tijden houdbaar zijn. We kunnen niet langer met alleen algemene oplossingen aankomen.’