Foto Windmolens bij de Philipsdam

Om de nationale én onze eigen duurzaamheidsdoelstellingen te halen is samenwerken met (gebieds)partners essentieel. Dit onderdeel van het verslag gaat over het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) als betrouwbare gebiedspartner in de samenwerking met andere (Rijks)overheden, maatschappelijke organisaties, burgers en bedrijven.

Op deze pagina rapporteren we over duurzaamheid in het ruimtelijk domein. Een manier waarop we in de praktijk invulling (willen) geven aan duurzaamheid in het ruimtelijk domein is door middel van de Areaalstrategie. Sinds 2022 helpt deze strategie ons om op ons beheergebied (ook bekend als areaal) aan de slag te gaan met de thema’s biodiversiteit, energietransitie en klimaatadaptatie. Deze thema's hebben al eigen resultaten bereikt, die we beschrijven op de 3 onderliggende pagina's.

Doel en ambitie

'Duurzame gebiedsontwikkeling is geen doel op zich'

Er zijn veel ontwikkelingen in en opgaven voor het ruimtelijk domein. En dat terwijl de ruimte zelf schaars is. De behoefte aan een integrale manier van werken neemt toe. Daarom zoeken we naar samenhang van verschillende opgaven en functies in een gebied. Zoals in het project Well in Limburg waarover je in het hoofdstuk ‘Een mooier Nederland’ kunt lezen. We noemen dit duurzame gebiedsontwikkeling. Duurzame gebiedsontwikkeling is geen doel op zich, maar een manier om bij te dragen aan onze eigen duurzaamheidsdoelen en die van onze gebiedspartners.

Aanpak en focus

Bij duurzame gebiedsontwikkeling maken we gebruik van de Omgevingswijzer met 12 thema's en het Ambitieweb. In het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) letten we op de thema’s klimaatmitigatie, energie, circulaire economie, klimaatadaptatie en gezondheid. Waar mogelijk kijken we over de grens van het project, waardoor ook ruimte ontstaat voor de ambities van andere partijen.

Bij de werkzaamheden aan de netwerken zoeken we in een vroeg stadium contact met onze gebiedspartners. Wanneer wij betrokken raken bij initiatieven van anderen in ons beheergebied, willen wij ons als betrouwbare gebiedspartner opstellen. Denk aan rijksgronden die derden benutten voor het opwekken van hernieuwbare energie.

Hoe we omgaan met meervoudig ruimtegebruik op ons beheergebied, hebben we gevangen in de Areaalstrategie. In 2023 maken we met de Areaalstrategie de stap naar de praktijk en toetsen we deze aan de hand van 7 leer- en oefenopgaven.

Rol IenW bij gebiedsontwikkeling

Het eindbeeld van duurzame gebiedsontwikkeling staat vooraf niet vast. Het is daarom belangrijk om vooraf procesafspraken te maken over onderlinge rollen, taken en verantwoordelijkheden. We onderscheiden 3 rollen voor gebiedsontwikkeling: 

  • Uitvoerder: In onze rol als uitvoerder voeren we 3 soorten projecten uit: aanleg, onderhoud en vervanging & renovatie.
     
  • Beheerder: Als beheerder krijgen we verzoeken om initiatieven op ons beheergebied te ontplooien. We geven niet alleen vergunningen af, maar maken ook de afweging of wij richting het Rijksvastgoedbedrijf instemmen om gronden op ons beheergebied in gebruik te geven aan derden (en onder welke voorwaarden).
     
  • Gebiedspartner: In de rol van gebiedspartner werken we samen met anderen aan een gebiedsopgave. Ons netwerk en onze kennis en expertise helpen de gebiedspartners en IenW hun doelen te behalen.

Ontwikkelingen 2022
Areaalstrategie wegen, vaarwegen en water opgesteld

'In 2022 hebben we de Areaalstrategie voor de netwerken hoofdwegennet, hoofdvaarwegennet en hoofdwatersysteem opgesteld'

In 2022 hebben we de Areaalstrategie voor de netwerken hoofdwegennet, hoofdvaarwegennet en hoofdwatersysteem opgesteld. Hierin staan onze ambities, randvoorwaarden en een voorkeursvolgorde voor meervoudig ruimtegebruik.

Zo is een van de ambities: ‘IenW identificeert actief kansen voor de 3 prioritaire thema’s en zal over deze kansen duidelijk communiceren met andere partijen (overheden) en deze kansen meenemen in afwegingen omtrent duurzaam meervoudig ruimtegebruik.’ De 3 prioritaire thema's zijn energietransitie, klimaatadaptatie en biodiversiteit omdat IenW deze ziet als de meest kansrijke en prioritaire opgaven voor het beheergebied.

Een andere ambitie is: ‘IenW neemt ook zijn rol in het ruimtelijke domein en vervult een voorbeeldfunctie als publieke areaalbeheerder.’ De voorkeursvolgorde helpt ons prioriteiten te stellen bij het toewijzen van de ruimte. Het maakt afwegingen expliciet over bijvoorbeeld natuurcompensatie, kerntaken op het gebied van verstedelijking en mobiliteit, kansen voor biodiversiteit en andere kansen voor medegebruik. Het niet belemmeren van onze eigen netwerktaken staat in de voorkeursvolgorde bovenaan. Dat is een van de eerder genoemde ‘randvoorwaarden’. Net als ‘voldoende draagvlak in de omgeving’.

Ondersteunende instrumenten ontwikkeld

Om collega’s in hun werk te ondersteunen, ontwikkelden we in 2022 verschillende instrumenten. Zo kun je de ruimtelijke kansen voor klimaatadaptatie, biodiversiteit en energie op ons beheergebied nu terugzien op een digitale kaart. Er is een selectiekader met een overzicht om te bepalen wat kansrijke opgaven zijn. We hebben een stappenplan gemaakt dat aangeeft wat er nodig is om vervolgens aan de slag te gaan. De toepassing van deze instrumenten helpt om samen met de omgeving keuzes te maken voor het toekomstige gebruik van het beheergebied. In 2023 gaan we hier in 7 leer- en oefenopgaven voor het eerst mee aan de slag.

Renovatie Krammersluiscomplex

We zijn dit jaar van contractvoorbereidingsfase naar de aanbestedingsfase gegaan voor de renovatie van het Krammersluiscomplex. Een imposant Zeeuws bouwwerk met tal van functies. De sluizen beschermen tegen hoogwater, scheiden zoet water van zout water en zijn een passage voor de scheepvaart en het wegverkeer. De stap naar de aanbestedingsfase vormt een ware mijlpaal binnen het project. Het project gaat hiermee richting realisatie.

Bij de renovatie geven we invulling aan wensen van gebruikers en natuur. Dit leidde tot de ontwikkeling van een innovatief systeem van bellenbeluchting voor de scheiding van zoet en zout water. Dat systeem borgt de waterkwaliteit en ecologische kwaliteit van de zoute Oosterschelde en het zoete Volkerak-Zoommeer. Via (afsluitbare) kokers stroomt zoet water naar de Oosterschelde. Daarnaast maken die kokers vismigratie mogelijk. Het nieuwe systeem zorgt voor kortere schuttijden voor de beroepsvaart en verbruikt tot circa 30% minder energie ten opzichte van het huidige systeem. Voor het projectgebied hebben we grond voor derden beschikbaar gesteld door het hoog- en laagbekken beschikbaar te maken voor medegebruik voor een drijvend zonnepark.

Rivierklimaatpark IJsselpoort
Rivierklimaatpark IJsselpoort

Duurzaam uiterwaardenbeheer in Rivierklimaatpark IJsselpoort

Bij het beheren van de 11.000 ha aan uiterwaarden die het Rijk in eigendom heeft, zijn naast hoogwaterveiligheid ook natuur en recreatie belangrijke doelen. Om de doelen en belangen in het gebied goed met elkaar te laten samengaan, maken we gebruik van de deskundigheid en inzet van lokale partijen. Zo hebben we samen met de gemeenten Arnhem, Duiven, Rheden, Westervoort en Zevenaar, de provincie Gelderland, Waterschap Rijn en IJssel en Natuurmonumenten gewerkt aan een plan om in de uiterwaarden tussen Arnhem en Giesbeek een uniek rivierklimaatpark te realiseren. In 2021 gunden we het beheer van deze uiterwaarden van het Rijk voor 10 jaar aan een lokale agrarische natuurvereniging die samenwerkt met lokale boeren die het gebied goed kennen.

2022 was het eerste volledige jaar waarin de boeren dit gebied beheerden. Ze zorgen er onder meer voor dat de begroeiing in het gebied de doorstroming van water niet belemmert en dat de ontwikkeling van de natuur er gaat volgens de doelen die de provincie Gelderland heeft vastgesteld. Een ecoloog van de provincie monitort de natuurontwikkeling samen met de boeren. Zo maken we optimaal gebruik van lokale kennis en deskundigheid bij het beheren van deze uiterwaarde.

Gebiedsanalyse Haringvliet-Hollands Diep

Willen we op een doordachte manier invulling geven aan alle opgaven en belangen in een gebied? En daar goede gesprekken over voeren met gebiedspartners? Dan moeten we eerst goed in beeld hebben wat die opgaven en belangen zijn en hoe ze met elkaar samenhangen. Dat complexe beeld begrijpelijk vangen in lijstjes en teksten is moeilijk. Voor het gebied Haringvliet-Hollands Diep ontwikkelden we in 2022 daarom een nieuwe werkwijze. We maakten de gebiedsanalyse visueel; met een kaart en tijdlijn waarop je de verbanden tussen de opgaven in een oogopslag overziet.

Doordat we met deze visualisatie (de opgaven in) het gebied beter kunnen doorgronden, kunnen we ook proactiever en effectiever hándelen. Zo hielp deze methode ons om voor de netwerkschakels rondom het Volkerak-sluiscomplex duidelijke strategieën en acties te formuleren. Met de korte en lange termijn op het vizier. Wie moet wat wanneer doen? In 2023 gaan we verder aan de slag met deze werkwijze en bepalen we of we hem voor meer gebieden gaan inzetten.

Op de 3 pagina’s hierna gaan we specifieker in op de onderliggende thema’s energietransitie, biodiversiteit en klimaatadaptatie. Dus blader verder voor meer!

Sustainable Development Goals (SDG’s)

De Areaalstrategie raakt de materiele thema’s energietransitie, biodiversiteit en klimaatadaptatie. De strategie draagt ook bij aan onze voortgang op de Sustainable Development Goals.

De strategie bevat het medegebruik van ons beheergebied voor het opwekken van hernieuwbare energie en draagt hierbij direct bij aan SDG 7: Betaalbare en duurzame energie. Ons beheergebied bestaat uit zowel land als water. Biodiversiteitmaatregelen hebben impact op de voortgang die op ons beheergebied wordt gerealiseerd op SDG 14: Leven op land en SDG 15 Leven in water. Waar de KCO en de KCI ingezet worden om klimaatverandering te voorkomen, dragen de verschillende maatregelen op het gebied van klimaatadaptatie bij aan SDG 13: Klimaatactie door de impact van klimaatverandering te bestrijden.

Omdat de Areaalstrategie als belangrijkste uitgangspunt heeft om medegebruik te stimuleren, is er een directe bijdrage van deze strategie aan het realiseren van voortgang op de SDG 17: Partnerschappen op doelen te bereiken.